Operatie van een claviculafractuur | Clavicula fractuur

Operatie van een claviculafractuur

In de meeste gevallen clavicula fractuur wordt niet-chirurgisch, dwz conservatief, behandeld. Bij pasgeborenen die een breuk als gevolg van een geboortetrauma geneest de fractuur volledig zelfstandig, zodat er geen ingreep nodig is. Voor oudere kinderen en volwassenen is een verbandtherapie, meestal met een zogenaamd rugzakverband, de regel.

Ook het Gilchrist-verband, waarin een armband wordt gebruikt, wordt veelvuldig gebruikt. Een operatie wordt alleen overwogen als de breuk uiteinden zijn niet in de juiste positie. Dit is vooral vaak nodig bij breuken in het gebied van het buitenste (laterale) sleutelbeen, omdat deze het meest onstabiel zijn en een verband vaak niet voldoende is voor stabilisatie.

De operatie combineert dan een open reductie, wat betekent dat na een incisie in de huid de uiteinden van de breuk worden terug in de juiste positie gebracht, en fixatie met een implantaat, meestal een Dit wordt osteosynthese genoemd. Een zogenaamde intramedullaire nagelosteosynthese, waarbij een nagel in de sleutelbeen, is de laatste jaren ook steeds meer ingeburgerd geraakt. Het voordeel van deze variant is dat er slechts kleine huidincisies nodig zijn.

In ieder geval moet een operatie worden uitgevoerd bij:

  • Zijn sterk gehoekt of
  • Overlap duidelijk, dwz liggen in een uitgesproken verkeerde positie. - bord of met
  • Draden. - Begeleidende verwondingen aan bloedvaten en zenuwen,
  • Voor open fracturen (dwz die waarbij de breukuiteinden de huid hebben doorboord),
  • Voor breuken nabij gewrichten en
  • Voor fracturen met extra dislocatie.

Er zijn duidelijk omschreven redenen wanneer getroffen personen een chirurgische behandeling van een clavicula fractuur. In de geneeskunde spreken we ook van absolute indicaties. Een daarvan is een open clavicula fractuur, dwz wanneer een botdeel de dunne huid erboven heeft doorboord.

Ook het bestaande gevaar van een piercing achteraf maakt een operatie noodzakelijk. Een ontwrichte fractuur kan ook alleen operatief worden behandeld. Displaced beschrijft de voorwaarde van de botfragmenten die zijn gevormd.

Als deze tegen elkaar worden verplaatst of gedraaid, wordt dit dislocatie genoemd. Door deze positie kunnen de botuiteinden niet meer correct samengroeien, waardoor de oorspronkelijke fysiologische vorm en functionaliteit hersteld kon worden. Zodra omliggende structuren zoals zenuwen, ligamenten of schepen gewond zijn geraakt bij de claviculafractuur, moeten ze naast de fractuur zelf ook chirurgisch worden behandeld.

Een operatie kan ook nodig zijn als reeds genomen conservatieve therapiemaatregelen na 3 tot 4 weken geen succes hebben. Bovendien worden genezende aandoeningen van welke aard dan ook beschouwd als een reden voor een operatie. Tegenwoordig is bekend dat chirurgische maatregelen betere resultaten kunnen opleveren in termen van functionaliteit dan conservatieve therapeutische benaderingen.

Afgezien van de absolute indicatiecriteria, is een operatie daarom zinvol als getroffen personen om professionele of sportieve redenen weer het volle gewicht op schouder en arm moeten leggen en daarom afhankelijk zijn van een volledig herstel van de functionaliteit. Als een claviculafractuur met een plaat is behandeld, is meestal een latere metaalverwijdering gepland. De plaat wordt echter pas verwijderd als het sleutelbeen voldoende tijd heeft gehad om weer aan elkaar te groeien.

De datum voor het verwijderen van metaal mag daarom niet te vroeg worden vastgesteld. Een latere datum is echter ook niet optimaal, omdat het omringende weefsel mogelijk te veel rond de plaat heeft gevormd, waardoor het verwijderen moeilijker wordt. Bij een claviculafractuur wordt de plaat na ongeveer 18 maanden verwijderd.

Bij kinderen kan verwijdering eerder worden aangegeven. Dit gebeurt allemaal in een kleine chirurgische ingreep onder narcose, wat slechts ongeveer 45 minuten duurt. De incisie wordt gemaakt zoals bij de eerste operatie, zodat er geen tweede litteken is.