Clavicula fractuur

Synoniem

Sleutelbeenfractuur, claviculafractuur

Definitie

A breuk van het sleutelbeen is een van de meest voorkomende soorten fracturen bij kinderen, en ze komen ook relatief vaak voor bij volwassenen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen breuken van het sleutelbeen, waarbij de breuk van het middelste derde deel is verreweg de meest voorkomende. De oorzaak is meestal een val op de arm of schouder. - intern (mediaal),

  • Gemiddeld of
  • Buitenste (laterale) derde,

Symptomen van een claviculafractuur

Aangezien de sleutelbeen is relatief oppervlakkig, dwz dicht op de huid, een teken van een breuk is vaak een zwelling over het getroffen gebied. Afhankelijk van de locatie van de breuk, kan de vorming van een trede ook merkbaar zijn, aangezien de buitenste en binnenste uiteinden in verschillende richtingen uitsteken. Vaak neemt de aangedane persoon een ontlastende houding aan waarbij de arm tegen het lichaam wordt geplaatst en de schouder naar voren wordt gekanteld.

Zoals bij elke andere fractuur van de sleutelbeenis het belangrijk dat de DMS-status wordt gecontroleerd door een arts. Bloed schepen or zenuwen kan tijdens een breuk geblesseerd raken, waardoor een of meer van deze eigenschappen beperkt of verloren kunnen gaan. In dergelijke gevallen moet snel worden gehandeld om blijvende schade te voorkomen. - drukpijn over dit gebied en

  • Pijn tijdens bewegingen van de arm en borst typisch. - D staat voor bloedcirculatie,
  • M voor motoriek en
  • S voor gevoeligheid.

Pijn met een claviculafractuur

Pijn wordt beschouwd als een algemeen teken van breuk, samen met zwelling, bewegingsbeperkingen en crepitaties (wrijven van botdelen). De pijn treedt meestal onmiddellijk op na het trauma. Als het trauma indirect is, breekt het sleutelbeen in 80% van de gevallen in het middelste derde deel.

Dit gebied in het middelste derde deel is dan bijzonder pijnlijk onder druk. Over het algemeen is drukpijn over het gebroken gebied van het sleutelbeen zeer uitgesproken. Pijn bij een claviculafractuur wordt voornamelijk uitgedrukt als bewegingspijn, die gepaard gaat met een beperking van de arm- en schouderbeweging.

Een deel van de pijn kan uitstralen naar de borst, arm en schouder. De duur van de pijn kan van persoon tot persoon verschillen. In het kader van conservatieve (niet-operatieve) therapiemaatregelen krijgen getroffen personen gewoonlijk voldoende pijntherapie voor acute pijnvermindering.

Onmiddellijke pijnvrijheid kan echter niet onmiddellijk worden bereikt. Direct na de operatie kan de pijn nog erger zijn, omdat het omliggende weefsel en de fractuurplaats zelf geïrriteerd raken door de invasieve procedure. Over het algemeen zou de pijn beetje bij beetje optimaal moeten verdwijnen bij het begin van therapeutische maatregelen.

Om de pijnvermindering positief te beïnvloeden, dienen getroffen personen de schouder zo lang als voorgeschreven in een rugzak of Gilchrist-verband te immobiliseren. Over het algemeen kan worden verwacht dat de pijn tot 4 weken aanhoudt. Vanaf dan kan ook een fysiotherapeutische behandeling beginnen, die in het beste geval pijnvrij plaatsvindt.