Oorzaken van cariës

cariës of in de volksmond "tandbederf”Is volgens de wereld tegenwoordig een van de meest voorkomende ziekten van de tanden en het parodontium Gezondheid Organisatie (WHO) het is zelfs een van de meest voorkomende infectieziekten wereldwijd. Veel mensen weten echter nog steeds niet hoe en waarom cariës ontwikkelt, welke factoren het bevorderen en hoe een infectie kan worden bestreden. De oorzaken van cariës zijn vrij simpel.

Omdat cariës een ziekte is die wordt begunstigd door koolhydraatrijk voedsel (suiker), is de bacteriën die ervoor zorgen dat het tot een geslacht behoort dat nodig heeft koolhydraten grotendeels om te overleven. Deze zijn zogenaamd cariogeen streptokokken. De mondholte wordt hierdoor dichtbevolkt bacteriën als een warme, vochtige leefomgeving.

Ongeveer 300 verschillende soorten leven in onze mondholte​ Het merendeel hiervan bacteriën zijn enorm belangrijk voor het spijsverteringsproces en moeten daarom in ons bestaan mondholte​ Om zich aan het oppervlak van de tanden te hechten, moeten ze een kleverige, suikerrijke afscheiding afscheiden.

Bovendien gebruiken de bacteriën de suiker (vooral glucose) om energie te produceren, dat wil zeggen om te overleven. Helaas produceert dit proces ook afvalproducten (melkzuur) die de tandsubstantie beschadigen en worden beschouwd als de oorzaak van cariës. Het melkzuur tast de tand aan glazuur en lost het op.

Dit verklaart waarom het veelvuldig consumeren van zoet voedsel de ontwikkeling van cariës bevordert. Naast de afvalproducten van de bacteriën dragen ook voedselresten bij aan de vorming van gedenkplaat en cariës. Onregelmatige tandreiniging leidt onvermijdelijk tot tandbeschadiging.

Een even tand structuur zou het voor de bacteriën moeilijker maken om zich aan de tand te hechten en zo een cariësdefect veroorzaken, maar helaas is het tandoppervlak allesbehalve vlak. Vooral de occlusale vlakken (occlusale vlakken) bieden veel aanvalspunten. Bij het kijken naar een kies tand (kiezen), de ongelijke structuur valt het meest op, omdat de occlusale oppervlakken diepe groeven (kloven) hebben waarin bacteriën zich ongestoord kunnen vermenigvuldigen en hun kwaad kunnen doen. Idealiter zijn deze kloven relatief vlak en gemakkelijk schoon te maken, maar ze kunnen ook wigvormig of flesvormig zijn en daardoor moeilijk schoon te houden. Als vuistregel geldt: hoe dieper en strakker de kloof, hoe groter het risico op cariës.