Ontsteking van de parotisklier

Parotitis

Algemene informatie

De acute ontsteking van de parotis (technische term: parotitis) begint meestal plotseling. Veel getroffen patiënten ervaren plotseling ongemak en ernstige zwelling in de wang tijdens het eten. In de meeste gevallen zijn bacteriële pathogenen die de parotis via het uitscheidingskanaal zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van een acute ontsteking van de parotisklier.

Patiënten die lijden aan een chronische immuundeficiëntie en mensen met een slecht gecontroleerde suikerziekte mellitus lopen een bijzonder risico om zich te ontwikkelen parotis ontsteking. Bovendien kunnen vaak recidieven van de ziekte worden waargenomen, vooral tijdens: zwangerschap. Een andere oorzaak voor het ontstaan ​​van een acute ontsteking van de parotisklier is een beperkte vochtinname en de daarmee gepaard gaande vermindering van speeksel productie.

Bacterie die in het oor zijn gemigreerd, kunnen niet uit de uitscheidingskanalen van de klier worden gespoeld vanwege een afname van speeksel afscheiding. Het risico op het ontwikkelen van een acute ontsteking van de parotisklier neemt toe. Naast bacteriële pathogenen kunnen ook andere factoren verantwoordelijk zijn voor het optreden van ontstekingsprocessen in het gebied van de parotisklier.

In ongeveer 60 tot 90 procent van de waargenomen gevallen konden speekselstenen worden gedetecteerd die de speekselstroom belemmeren. In de meeste gevallen is een exacte causale attributie echter niet mogelijk. Er wordt eerder aangenomen dat de acute ontsteking van de parotisklier een multifactoriële ziekte is waarbij de interactie van verschillende risicofactoren een beslissende factor is in het ontstaan ​​van de ziekte.

Deze ziekte is een veel voorkomend verschijnsel. In sommige gevallen is de ontsteking van de parotisklier bijna asymptomatisch en wordt niet als een ziekte gezien. Over het algemeen kan worden aangenomen dat ongeveer één op de twee tot drie mensen in hun leven minstens één acute ontsteking van de parotisklier zal ervaren. Vrouwen worden ongeveer even vaak getroffen als mannen. Een correlatie tussen de leeftijd van de patiënt en de kans op de ziekte is tot op heden niet bewezen.