Onderzoek van de dunne darm volgens Sellink

Hoe verloopt het onderzoek?

De onderzoeksmethode volgens Sellink wordt ook wel enteroclysma of dubbelcontrastonderzoek van de dunne darm volgens Sellink. Het wordt gebruikt om het dunne darm en dus om verschillende darmziekten op te sporen. De patiënt moet zijn vastend en hebben genomen laxeermiddelen vooraf, anders kan de darm niet worden beoordeeld.

De patiënt krijgt tijdens het onderzoek twee verschillende contrastmiddelen toegediend. Een positief contrastmiddel (bariumsulfaat) en een negatief contrastmiddel (methylcellulose). Positief betekent dat het contrastmiddel leidt tot een toename van het signaal in de beeldvorming, dwz dat de gebieden waaraan het contrastmiddel is gehecht helderder lijken.

In dit geval zijn dit de darmwanden. Het negatieve contrastmedium leidt daarentegen tot een verzwakking van de signaalintensiteit. Men verkrijgt een dubbel contrast.

Eerst wordt een sonde door de patiënt ingebracht neus-, waardoor het positieve contrastmedium eerst wordt toegediend. Daarna volgt het negatieve contrastmiddel, dat ervoor zorgt dat het positieve contrastmiddel door de darm wordt verdeeld en zich aan de darmwand hecht. Het negatieve contrastmiddel met de zwakkere signaalintensiteit bevindt zich dan in het midden van de darm, waardoor de darmwanden helderder schijnen dan het lumen.

Dit zorgt ervoor dat de darmwanden bijzonder goed kunnen worden beoordeeld op de röntgenfoto's van de patiënt. De arts let op de vouwing en dikte van de darmwanden, lekken, dwz of het contrastmiddel op een bepaald punt lekt, verstoringen van de darmmotoriek, vernauwingen (vernauwingen) van de darm evenals vullingsdefecten, dwz plaatsen waar geen contrastmiddel zich ophoopt. De dunne darm kan daarom tijdens het onderzoek zeer goed worden onderzocht op afwijkingen.

Indicaties voor het Sellink-examen

Er zijn verschillende indicaties waarvoor de Sellink-onderzoeksmethode wordt gebruikt. Deze omvatten chronische inflammatoire darmaandoeningen (De ziekte van Crohn, colitis ulcerosa), stoornissen van de darmmotoriek, de detectie van darmtumoren, divertikels, evenals abcessen, fistels en vernauwingen (stenosen). Er zijn echter omstandigheden waarin de Sellink-onderzoeksmethode niet mag worden toegepast.

Deze omvatten vermoedelijke lekkage in de darmwanden (perforatie), omdat anders het contrastmedium in de vrije buikholte zou lekken. In het geval van bariumsulfaat zou dit leiden tot ernstige complicaties bij ontsteking van de buikvlies, wat moeilijk te behandelen en gevaarlijk is voor de patiënt. Bovendien mag de Sellink-onderzoeksmethode niet worden gebruikt als de patiënt in de afgelopen 14 dagen een buikoperatie heeft ondergaan, als de darm verlamming (paralyse) of darmobstructie (ileus) wordt vermoed.