Abdominale zwelling

Abdominale zwelling of uitzetting - in de volksmond toename van de buikomtrek genoemd - (synoniemen: zwelling van de buik; opgezette buik; ICD-10-GM R19.0: zwelling, uitzetting en knobbeltjes in de buik en het bekken) wordt meestal geassocieerd met zwelling van de buik daarbuiten zijn gebruikelijke maat. Bij palpatie (palpatie) van ventrale (“betrekking hebbend op de buik”), zijn de leverrand en de aorta meestal … Abdominale zwelling

Rubella (Duitse mazelen): diagnostische tests

De diagnose van rubella-infectie wordt gesteld op basis van anamnese en lichamelijk onderzoek. Optionele diagnostiek van medische hulpmiddelen - afhankelijk van de resultaten van de anamnese, lichamelijk onderzoek, laboratoriumdiagnostiek en verplichte diagnostiek van medische hulpmiddelen - voor differentiële diagnostische verduidelijking in geval van bestaande secundaire ziekten. Abdominale echografie (echografie van de buikorganen) – … Rubella (Duitse mazelen): diagnostische tests

Waterpokken (Varicella): medicamenteuze therapie

Therapeutische doelen Verbetering van de symptomatologie Vermijden van complicaties Therapieaanbevelingen Symptomatische therapie (antipyretica/antipyretica indien nodig). Virostase (antivirale middelen/geneesmiddelen die de virale replicatie remmen; indicaties: adolescenten, volwassenen, 3e trimester van de zwangerschap (met bevestigde blootstelling/blootstelling), immunosuppressie). Bij zwangere vrouwen met bevestigde blootstelling is aanvullende toediening van varicella-zoster-immunoglobuline vereist. Indien nodig antibiotica om bacteriële superinfectie (secundaire infectie … Waterpokken (Varicella): medicamenteuze therapie

Nierstenen (Nephrolithiasis): chirurgische therapie

De meest gebruikelijke behandeling voor acute nierkoliek is conservatieve therapie (voldoende vochtinname, analgetica (pijnstillers) en de alfablokker tamsulosine) met als doel spontane steenklaring (expulsie; medische uitdrijvingstherapie, MET). Zie “Drugstherapie“ voor meer informatie. Opmerking Volgens de huidige S2k-richtlijn kunnen patiënten met nieuw gediagnosticeerde uretersteen tot 7 … Nierstenen (Nephrolithiasis): chirurgische therapie

Biologische elektrotumortherapie (galvanotherapie)

Biologische Electro-Tumor Therapy (synoniem: Galvanotherapie; Electro-Cancer Therapy (ECT)) is een zachte gelijkstroomtherapie van kankerpatiënten waarbij kankercellen direct worden vernietigd door blootstelling aan elektriciteit via platen op de huid of platina naalden in de tumor. Indicaties (toepassingsgebieden) Gelokaliseerd en gevorderd borstcarcinoom (borstkanker) dat voorbij de borst groeit en … Biologische elektrotumortherapie (galvanotherapie)

Addison's Disease: of iets anders? Differentiële diagnose

Congenitale misvormingen, misvormingen en chromosomale afwijkingen (Q00-Q99). Congenitale bijnierhypoplasie (onderontwikkeling van de bijnieren) - genetische aandoening met zowel autosomaal dominante als autosomaal recessieve overerving; ernstige bijnierinsufficiëntie (bijnierzwakte) die zich kort na de geboorte manifesteert; mannen vertonen pseudohermafroditisme (vorm van interseksualiteit waarbij de chromosomale en gonadale geslachten mannelijk zijn) Smith-Lemli-Opitz-syndroom (synoniem: RSH-syndroom (Opitz)) – … Addison's Disease: of iets anders? Differentiële diagnose

Longkanker (bronchiaal carcinoom): diagnostische tests

Verplichte diagnostiek van medische hulpmiddelen. Röntgenfoto van de thorax (thoraxfoto/thoraxfoto), in twee vlakken – een onopvallende röntgenfoto sluit de aanwezigheid van bronchiaal carcinoom niet uit! [elke pulmonale knobbel is potentieel kwaadaardig/kwaadaardig totdat het tegendeel is bewezen]. Computertomografie van de thorax/thorax (thoracale CT) met contrasttoediening – als basisdiagnose bij een tumor … Longkanker (bronchiaal carcinoom): diagnostische tests

Abnormale reflexen

Een reflex verwijst naar een automatische, onwillekeurige reactie van een orgaanweefsel, zoals een spier of klier, op een stimulus. Men kan fysiologische (“natuurlijke” of leeftijdsgebonden) reflexen onderscheiden van pathologische (abnormale) reflexen (ICD-10-GM R29.2 abnormale reflexen) en primitieve reflexen. Fysiologische reflexen kunnen op hun beurt worden onderverdeeld in intrinsieke en extrinsieke reflexen. In … Abnormale reflexen

U4 Onderzoek

Wat is de U4? Het preventief onderzoek U4 maakt deel uit van het preventieve programma voor baby's en kinderen om hun lichamelijke en geestelijke ontwikkeling te observeren en direct in te kunnen grijpen bij moeilijkheden. De U4 houdt zich vooral bezig met de slaap- en eetgewoonten, motoriek en aandacht van de baby. Verder heeft het kind … U4 Onderzoek

Volgorde van de U4 | U4 Onderzoek

Volgorde van de U4 Preventieve medische controles op baby- en peuterleeftijd dienen genomen te worden om ziekten tijdig op te sporen. Deelname is niet verplicht, kinderartsen moeten echter na meerdere aanmaningen van ouders gemiste afspraken melden bij het Jugendamt. Dit wordt gedaan om de kinderen te beschermen tegen misbruik. In sommige deelstaten moet deelname … Volgorde van de U4 | U4 Onderzoek