IJzer: veiligheidsbeoordeling

De deskundigengroep in het Verenigd Koninkrijk op vitaminen en mineralen (EVM) laatst geëvalueerd vitaminen en mineralen voor de veiligheid in 2003 en een zogenaamd Safe Upper Level (SUL) of Guidance Level voor elke micronutriënt vastgesteld, op voorwaarde dat er voldoende gegevens beschikbaar waren. Dit SUL- of begeleidingsniveau weerspiegelt de veilige maximale hoeveelheid van een micronutriënt die geen bijwerkingen veroorzaakt wanneer het een leven lang dagelijks uit alle bronnen wordt ingenomen.

De maximale veilige dagelijkse inname voor ijzer is 17 mg. De maximale veilige dagelijkse inname voor ijzer houdt alleen rekening met de inname van ijzer uit de voeding supplementen en verrijkte voedingsmiddelen naast de opname uit conventionele voedingsmiddelen.

De bovenstaande veilige maximale dagelijkse inname is van toepassing op tweewaardig ijzer en is expliciet niet van toepassing op personen met een verhoogd risico op ijzerstapeling (bijv. hemochromatose/ ijzerstapelingsziekte).

De gegevens uit de NVS II (Nationale Voedingsenquête II, 2008) over de dagelijkse inname van ijzer supplementen duidelijk maken dat, naast het onderaanbod van ijzer onder de Duitse bevolking (zie onder “Aanvoersituatie”), een deel van de bevolking (5 à 10%) ook hoeveelheden ijzer verbruikt in de vorm van voedingssupplementen boven de innameadviezen en de veilige maximale dagelijkse inname.

IJzerstapeling is een minstens zo groot probleem bij de bevolking als ijzertekort, omdat de ijzerstatus van het lichaam alleen kan worden gereguleerd door inname, aangezien er geen effectieve mechanismen zijn om overtollig ijzer uit te scheiden.

Tegelijkertijd gaat een hoge ijzeropname via conventionele voeding niet gepaard met ongewenste bijwerkingen, aangezien de absorptie snelheid in de darm neemt af met toenemende inname. Hoge ijzerinname in de vorm van supplementen mogelijk minder strak gereguleerd en leiden naar hoger absorptie.

De LOAEL (Laagste Observed Adverse Effect Level) - de laagste dosis van een stof waarbij bijwerkingen werden zojuist waargenomen - is 70 mg ijzer per dag uit alle bronnen. De LOAEL voor ijzer in aanvullen vorm is 60 mg per dag. Een verdraagbaarheidsstudie met als eindpunt gastro-intestinale effecten werd hier als referentie gebruikt, dwz deze LOAEL houdt geen rekening met de langetermijngevolgen van een permanent overmatige ijzerinname zoals hart- en vaatziekten of een verhoogd risico op kanker.

Bijwerkingen van overmatige ijzerinname zijn waargenomen als constipatie, misselijkheid, diarree en braken. In sommige onderzoeken huiduitslag kwam ook voor.

In deze gevallen neemt de ernst van de symptomen toe bij een hogere ijzerinname. Gastro-intestinale bijwerkingen zoals constipatie en braken trad op bij doses tussen 50 en 220 mg ijzer per dag, waarbij de frequentie van symptomen toenam met grotere hoeveelheden ijzer. De eerste milder huid reacties traden daarna op administratie van 30 mg ijzer, terwijl een hoeveelheid van 10 mg geen bijwerkingen opleverde.

Naast acute inname van grote hoeveelheden ijzer, vormen ijzervoorraden met een hoog lichaamsgewicht ook een potentieel risico. Hoge ijzervoorraden worden besproken in verband met een verhoogd risico op atherosclerose (verharding van de slagaders), myocardinfarct (hart- aanval), colorectaal carcinoom (kwaadaardige tumor in de darm), Parkinson, en type II suikerziekte mellitus.

Wetenschappelijke bevestiging van het potentiële risico van hoge ijzervoorraden is nog niet afgerond. In het bijzonder suggereren huidige studies dat een verband tussen hoge ijzervoorraden en een verhoogd risico op hart- en vaatziekten waarschijnlijk is.