Geschiedenis | Stuitbeen kneuzing

Geschiedenis

Het verloop van een stuitbeen kneuzing varieert van patiënt tot patiënt. De tijd die nodig is voor de stuitbeen blauwe plek genezing en de duur van het dagelijkse leven van de patiënt wordt beperkt door de soms zeer ernstige pijn hangt voornamelijk af van de omvang van het letsel en het tijdstip van diagnose.

Diagnose

In het geval van langdurig, sterk pijn op het gebied van de stuitbeen, een arts moet dringend worden geraadpleegd. de diagnose van a stuitbeen kneuzing verloopt meestal in verschillende stappen. De belangrijkste stap is het uitgebreide arts-patiëntgesprek (anamnese). Tijdens dit gesprek moet duidelijk worden gemaakt op welk moment het pijn op het stuitbeen voor het eerst optrad en of direct daarvoor een grotere kracht werd uitgeoefend op het bilgebied.

Bovendien moeten verdere symptomen aan de behandelende arts worden gemeld. Aansluitend op dit arts-patiënt overleg een oriëntering fysiek onderzoek wordt meestal uitgevoerd waarbij de lichaamsdelen die grenzen aan de billen worden geïnspecteerd. Daarnaast wordt ook het huidoppervlak in het gebied van het stuitbeen onderzocht op afwijkingen.

Om de oorzaak van de door de patiënt gevoelde pijn te vinden, moet vervolgens het billengebied worden gescand. De behandelende arts oefent meestal druk uit op enkele klassieke punten op het stuitbeen en probeert pijn op te wekken. Als er een is stuitbeen kneuzingkan drukpijn worden opgewekt, vooral in het gebied van de punt van het stuitbeen en bij de overgang tussen het stuitbeen en heiligbeen.

Omdat zelfs als een stuitbeen kneuzing vermoed wordt, moeten andere ziekten in veel gevallen worden uitgesloten, beeldvormende procedures kunnen nuttig zijn. Vooral, ultrageluid onderzoek van het bekken, computertomografie (CT) of magnetische resonantie beeldvorming (MRI) kunnen hierbij behulpzaam zijn. Als de aanwezigheid van een tumor ondanks eerder trauma niet volledig kan worden uitgesloten, kan beeldvorming met een contrastmiddel nuttig zijn.

Anatomie

Het stuitbeen vertegenwoordigt het onderste deel van de menselijke wervelkolom. De anatomisch correcte naam voor het stuitbeen is "Coccyx" of "Os coccygis". Over het algemeen dient het als een bevestigingspunt voor de verschillende ligamenten en spieren van het bekken.

Historisch gezien bestaat het stuitbeen uit vier tot vijf individuele wervels, die bij de meeste mensen echter in een benige verbinding tot één structuur zijn versmolten (technische term: synostose). Het benige stuitbeen zelf wordt beschouwd als een rudimentair overblijfsel van een staart van gewervelde dieren.