Functionele positie: functie, taken, rol en ziekten

De functionele positie van de hand vertegenwoordigt de mechanisch meest gunstige constellatie voor bepaalde handactiviteiten. Een verminderde functie kan de kwaliteit van leven aanzienlijk verminderen.

Wat is de functionele positie?

De functionele positie van de hand wordt vaak gebruikt bij het grijpen en vasthouden van voorwerpen, ongeacht of alle of individuele vingers worden gebruikt. De hand is het best gecontroleerde bewegingsorgaan bij mensen. Door de geordende interactie van veel bewegingscomponenten kunnen tal van functionele bewegingsprocessen en houdingen worden uitgevoerd. Biomechanisch gezien is de functionele positie de meest effectieve positie van de gewrichten en gewrichtsrijen die betrokken zijn bij activiteiten waarbij voorwerpen worden vastgegrepen en vastgehouden. De pols wordt gehouden in een lichte extensie (ongeveer 25 ° dorsale extensie) en een lichte afwijking naar buiten (ulnarductie), met een binnenwaartse rotatie van de onderarm (pronatie​ De duim is licht gespreid (oppositie), de andere vingers bevinden zich in totaal licht gebogen (flexie) gewrichten​ Het verloop van de lange pezen van de vinger extensoren en buigspieren dicteren deze posities, die het gunstigst zijn voor grijpactiviteiten. De extensoren, die over de rug van de hand naar de distale vingerkootjes trekken, worden benaderd in de functionele positie en maken plaats voor vinger buiging. De vinger flexoren worden lichtjes gestrekt door de pols positie en passief een beetje in flexie worden getrokken, zodat volledige sluiting weinig beweging of kracht vereist.

Functie en taak

De functionele positie van de hand wordt vaak gebruikt bij het grijpen en vasthouden van voorwerpen, ongeacht of alle of individuele vingers worden gebruikt. In het huishouden, handwerk of sport worden vaak apparaten met één handgreep gebruikt. Door een betere krachtontwikkeling worden deze met de vingers vastgehouden terwijl de pols blijft in de functionele positie. De duim rust diagonaal over de wijsvinger ter ondersteuning. Deze hand- en vingerpositie komt overeen met een onvolledige vuistsluiting. In het huishouden worden op deze manier schoonmaaktaken uitgevoerd met de bezem, de dweil of de stofzuiger; in de sport worden activiteiten uitgevoerd met de tennis, squash- of badmintonracket. Deze handpositie wordt ook gebruikt voor tuinieren met lange of korte gebruiksvoorwerpen. Voor activiteiten die minder kracht maar meer fijne motoriek vereisen, is de functionele positie van de hand nagenoeg voorbestemd. In de regel worden niet alle vingers gebruikt, maar vaak alleen de wijs- en middelvinger.

en middelvinger in combinatie met de duim. In alles gewrichtenkomt de houding tijdens deze activiteiten overeen met de functionele positie. Ook al wordt deze houding bij bewegingen wel eens verlaten, het lichaam keert altijd terug naar deze houding, omdat dit het meest energiebesparend is. Handwerk als breien, naaien en haken zijn voorbeelden van zulke bezigheden, maar ook schrijven met een pen. De handhouding zorgt ervoor dat het werk met zo min mogelijk inspanning en langdurig kan worden uitgevoerd. De functionele houding heeft een heel specifieke taak na blessures of operaties in het handgebied. Het wordt gebruikt bij de daaropvolgende immobilisatie, omdat de kans op het herstellen van de functies aanzienlijk groter is. Met weinig inspanning en slechts enkele graden van vingerflexie kan de goede grijpfunctie zeer snel worden hersteld.

Ziekten en kwalen

Verwondingen aan de hand of vingers kunnen de handfunctie aanzienlijk nadelig beïnvloeden. Daaropvolgende immobilisatie in een gipsverband of spalk is echter vaak de belangrijkste factor bij het ontstaan ​​van beperkingen als de instelling niet correct wordt gekozen. Naast breuken, ligament- en capsuleletsels in het vingergebied, is het vooral de distale radius fractuur dat maakt actieve aanname van de functionele positie tijdelijk onmogelijk. Een bijzondere vorm van de ziekte die het functionele vermogen van de hand aantast, is de contractuur van Dupuytren, waarbij de peesplaat van de handpalm (palmaire aponeurose) fibrose en krimpt. Te beginnen met de kleine en ringvinger, worden alle vingers geleidelijk naar de handpalm getrokken en verliezen ze hun mobiliteit. Perifere of centrale zenuwlaesies kunnen leiden tot uitval van individuele of alle spieren die verantwoordelijk zijn voor het controleren van de functionele positie van de hand. radiale zenuw leidt tot het verschijnen van de zogenaamde hand laten vallen, waarbij zowel de dorsale extensie van de pols als de extensie van de vingers niet meer actief kan worden uitgevoerd. Grijpen kan nog via de vingers, maar is door de ongunstige stand in de pols zeer onvoldoende. Een laesie van de mediane zenuw bij de elleboog beïnvloedt de buigspieren van de pols en vingers. In dat geval is er geen actieve grijpfunctie meer. Als het zich in het polsgebied bevindt, zoals in carpaal tunnel syndroomworden alleen de duimspieren en de buigspieren van de wijs- en middelvinger aangetast. Grijpen is nog steeds mogelijk met de andere vingers als restfunctie. paraplegie op het niveau van het 6e cervicale segment of hoger leidt ook tot een volledig verlies van de handfunctie en is de functionele positie niet meer mogelijk. In het geval van zenuwschade waar dorsale extensie nog actief mogelijk is maar vingerflexie niet meer mogelijk is, wordt therapeutisch getracht een zogenaamde functionele hand te creëren. Dit wordt bereikt door de hand in speciaal gemaakte spalken te plaatsen, die de vingerflexoren kunstmatig verkorten. Door actieve dorsale extensie is het dus mogelijk om de vingers dichter bij de handpalm te brengen en lichte voorwerpen vast te pakken. Chronisch polyartritis kan leiden tot aanzienlijk functieverlies. Deze auto-immuunziekte treft de bovenste extremiteit, bij voorkeur de pols en vingers. Het wordt gekenmerkt door het feit dat de aangetaste gewrichten worden vernietigd door episodische ontstekingsprocessen. Typische misvormingen ontstaan, die zowel de stijfheid van de gewrichten als instabiliteit aantonen. De functionele positie van de hand wordt vaak in een zeer vroeg stadium aangetast.