Excitatiegeleiding en contractie | Myocardium

Excitatiegeleiding en contractie

De elektrische excitatie van de hart- spier wordt bewerkstelligd door een hartgeleidingssysteem, dat, net als bij gladde spieren, is gebaseerd op de aanwezigheid van spontane ontlading (depolarisering) gangmaker cellen. Het eerste exemplaar van dit systeem is het zogenaamde sinusknoop, de primaire gangmaker. Hier de hart- tarief is vastgesteld op ongeveer 60 tot 80 slagen per minuut voor gezonde mensen.

Van de sinusknoopwordt de excitatie overgebracht op de spieren van de twee atria. Deze contracteren en verzenden de opwinding naar de AV-knooppunt, die zich tussen de atria en de ventrikels bevindt. Na een moment van vertraging in dit knooppunt, wordt de excitatie uiteindelijk verzonden naar de hart- spier van de ventrikels via de His-bundel, de Tawara-benen en tenslotte de Purkinje-vezels.

Deze overdracht vindt ook plaats via gap junctions en niet via speciale zenuwvezels. De opwinding zorgt ervoor dat de kamers van het hart samentrekken en zo de bloed dat blijft in hen in de aangrenzende schepen. U kunt dus onderscheid maken tussen twee verschillende fasen van elke hartslag: er is de diastole, waarin de hartspieren van de kamers ontspannen en de holtes zich vullen bloed.

Dit wordt altijd gevolgd door systole, waarbij de spiercellen van de hartkamers zich spannen en zo een hoge druk opbouwen dat de bloed kan eindelijk uit het hart worden gepompt. Als er op korte termijn schommelingen zijn in bloeddruk (als u bijvoorbeeld plotseling opstaat na langdurig liggen en de bloeddruk relatief sterk daalt doordat het bloed aanvankelijk in de benen zakt), kan de hartspier over het algemeen eerst zijn activiteit zelf aanpassen, zonder om de hersenen stam of het autonome zenuwstelsel. Dit wordt bereikt door het zogenaamde Frank-Starling-mechanisme, dat is gebaseerd op het voorvullen van het hart en de afterload, dwz de druk in de stroomafwaartse schepen waarin het bloed moet worden geduwd.