De beweging | Kinesiologie

De beweging

Om atletische bewegingen te begrijpen en te beschrijven, moet de term beweging eerst in meer detail worden uitgelegd. Over het algemeen verstaan ​​we een beweging als de pure uitstraling. We kijken alleen van buitenaf naar beweging en zien af ​​van interne wetten.

Structuur:

  • Dagelijkse bewegingen: dagelijkse bewegingen, zoals wandelen /jogging, zijn geautomatiseerde bewegingen waarvoor geen denkprocessen nodig zijn. - Werkbewegingen: zoals lopende bandwerk zijn alledaagse bewegingen die het werk dienen in een repetitief proces. - Doelbewegingen verwijzen naar het product van sportbeweging (hardlopen om af te vallen of voor gezondheid)
  • Sportbewegingen zijn vormen van eenvoudige, gecombineerde of complexe wedstrijdbewegingen. - Expressieve bewegingen in de vorm van gezichtsuitdrukkingen en gebaren van een beweging dienen om stemmingen uit te drukken en te communiceren.

Verdere differentiatie binnen de sportieve beweging

  • Snelle en langzame bewegingen (salto vs. lopen)
  • Algemene en speciale bewegingen (lopend vs. handondersteuning rollover)
  • Open en gesloten bewegingen (beroerte gooi handbal vs. horden)
  • Grove motorische en fijne motorische bewegingen (beginners vs. gevorderden)
  • Grote motor en kleine motorbewegingen (dienen in tennis vs. darten)
  • Bewuste en geautomatiseerde bewegingen (doelschot voetbal vs. lopen)

De term motorische vaardigheden

Op biologisch gebied wordt motorische vaardigheden de studie van bewegingsfactoren van het menselijk lichaam genoemd. Motorische functie is alles wat niet in een beweging te zien is. Een typisch voorbeeld waarbij het verschil tussen motoriek en beweging zichtbaar wordt, is de crosshang in gymnastiek.

Voor het spierstelsel, de crosshang betekent de hoogste belasting, hoewel een beweging van buitenaf niet zichtbaar is. De motorische functie bevat neurocybernetische kenmerken die ook bewustzijn omvatten. Beweging daarentegen is een objectieve manifestatie van de verandering van de locatie van de lichaamsmassa in ruimte en tijd.

Wat is de toegepaste bewegingswetenschap?

De bachelor Toegepaste Bewegingswetenschappen is een aparte opleiding. Het wordt onder meer aangeboden aan de Universiteit van Regensburg en de Chemnitz University of Technology. Centraal in de cursus staat de overdracht van kennis van de bewegingswetenschap naar de daadwerkelijke toepassing, bijvoorbeeld het ontwikkelen van trainings-, sport- en bewegingsprogramma's. De opleiding stelt de afgestudeerden in staat om in veel instellingen te werken, zoals spa- en revalidatieklinieken, sportclubs, volksgezondheid centra of onderwijsinstellingen.

Wat is een bewegingswetenschapper?

Bewegingswetenschappers houden zich zowel op wetenschappelijk als praktisch niveau bezig met het functioneren van menselijke motorische functies en verschillende aspecten van beweging. Ze ontwikkelen wetenschappelijk onderbouwde bewegingstherapieprogramma's in het kader van preventie, training en revalidatie. Bewegingswetenschappers werken nauw samen met andere professionals op het gebied van sport, volksgezondheid en voeding en ontwikkel, evalueer en optimaliseer bewegingsconcepten voor een breed scala aan doelgroepen.

Kinesiologen kunnen wetenschappelijk werken en onderzoek en ontwikkeling van programma's stimuleren, maar ze kunnen ook in de praktijk werken, bijvoorbeeld in volksgezondheid klinieken, revalidatiecentra, sportverenigingen, senioren- of verpleeghuizen, of werken zelfstandig als trainers en adviseurs. De opleiding tot bewegingswetenschapper omvat meestal een bachelordiploma gevolgd door een masterdiploma. De opleiding bewegingswetenschappen wordt afgesloten met het behalen van een Bachelor of Arts of Bachelor of Science.

Hoewel beide opleidingen qua inhoud sterk op elkaar lijken, zijn er subtiele verschillen in de weging van bijvoorbeeld artistieke en wetenschappelijke aspecten. Daarnaast zijn er tal van andere opleidingen die zich richten op de inhoud van Bewegingswetenschappen, zoals de opleiding Sportwetenschappen. Voor details moet je de cursussen van de verschillende hogescholen en universiteiten eens nader bekijken.

In de opleiding Bewegingswetenschappen is de standaard studieperiode zes semesters. De eisen voor aanvragers worden bepaald door de universiteiten; in de meeste gevallen is een sportaanleg en / of een cognitieve test een voorwaarde voor toelating. De opleiding voorziet in een verkenning van verschillende onderwerpen in de bewegingswetenschappen, waaronder biomechanica, opleiding wetenschap, sportgeneeskunde, sportfysiologie, psychologie, pedagogiek en anderen. Het bachelordiploma stelt afgestudeerden nu al in staat een beroep in de bewegingswetenschap uit te oefenen, en stelt hen ook in staat hun wetenschappelijke opleiding voort te zetten in een masteropleiding.