cariës kan in verschillende delen van de tand voorkomen: occlusale cariës, putjes en fissuurcariës, gladde cariës aan het oppervlak, interdentale cariës (tussen de tanden), cervicale cariës, wortelcariës.
De volgende symptomen en klachten kunnen duiden op cariës:
- Witte, kalkachtige verandering op het tandoppervlak (vroege, beginnende, aanvankelijke carieuze laesie).
- Bruinachtige verandering (reeds vergevorderde demineralisatie).
- Cavitatie ("gat in de tand")
- Mogelijk pijn reacties op hete, koud, zoet of zuur.
- Mogelijke pijn door irritatie of infectie of dood van de zenuw, indien aanwezig cariës is doorgedrongen tot de pulp (pulp of informeel (onjuist) tandzenuw).
- Mogelijke irritatie van de weefsels rond de tand (parodontium) en daarmee samenhangend pijn of bloeden bij het tandenpoetsen.