Vaccinatie: behandeling, effect en risico's

Het doel van vaccinatie is ervoor te zorgen dat de persoon niet aan een bepaald type ziekte lijdt. De procedure is daardoor heel eenvoudig en pijnloos. Aan de andere kant riskeren degenen die zich onthouden van vaccinatie niet zelden hun eigen risico volksgezondheid.

Wat is vaccinatie?

Een vaccinatie, of immunisatie, is een behandeling om de immuunsysteem tegen verschillende infectieziekten​ Vaccinatie is een medische procedure om tijdelijke of chronische ziekten te voorkomen. In de regel bevat het medicijn dat tijdens de vaccinatie in het lichaam wordt geïntroduceerd, een verzwakte vorm van de pathogenen waartegen het verondersteld wordt het organisme te versterken. Een dergelijke immunisatie wordt voornamelijk rechtstreeks in de bloed of spieren, maar het kan ook het lichaam binnendringen absorptie door de mond alsmede de anus​ Vaccinatie is dus een snelle en ongecompliceerde procedure die vóór het reizen of met bepaalde tussenpozen moet worden uitgevoerd. Bovendien is het vooral belangrijk voor jonge kinderen om deze vorm van bescherming tegen infectie te krijgen. In uitzonderlijke gevallen kan vaccinatie gepaard gaan met bijwerkingen.

Functie, effect, toepassing en doelen

Vaccinatie wordt gebruikt wanneer het organisme zelf te zwak is om te reageren op dreigingen. Dit is vooral regelmatig het geval bij pasgeborenen en jonge kinderen tot ongeveer drie jaar. In hun geval moet ervoor worden gezorgd dat het nog steeds gevoelige lichaam de nodige vaccinaties krijgt. Maar ook bij volwassenen kan het met tussenpozen van enkele jaren nodig zijn om bedreigende ziektes zoals uit te sluiten tetanus met zo'n vaccinatie. Hetzelfde geldt voor reizen naar landen waarvan de flora en fauna verschillen van de onze en waar infectie met tropische ziekten niet zelden te verwachten is. Ook hiertegen dienen vooraf vaccinaties te worden ingezet. De procedure hiervoor is altijd anders en aan verandering onderhevig. Het volgende is van toepassing: Het serum moet pijnloos, ongecompliceerd en snel in het organisme komen. Dit is de enige manier om ervoor te zorgen dat de vaccinatie effectief kan werken. Dit gebeurt in de regel via een injectiespuit, waarin een bepaalde hoeveelheid van de te vaccineren stof rechtstreeks in de bloed of spieren. Hoewel deze kleine naaldprik de vaccinatie voor veel mensen wat onaangenaam maakt, belooft het anderzijds ook een snelle effectiviteit. Aan de andere kant is het wat gemakkelijker om het serum in te nemen mond​ Gedruppeld op een suiker kubus, de vaccinatie kan zo uitgroeien tot een kleine delicatesse. Dit type vaccinatie wordt orale vaccinatie genoemd. Vaccinatie is echter ook denkbaar via de anus in de vorm van een zetpil. Waarop zijn toevlucht wordt genomen, moet in elk individueel geval door de arts worden bepaald. Door middel van een klein boekje (vaccinatiekaart), waarop alle eerdere vaccinaties staan ​​vermeld, kan hij de getroffen persoon verder informeren over maatregelen op het juiste moment en zo hun constante toepassing bewaken. Evenzo kent hij de beste procedure voor het toedienen van de vaccinatie met betrekking tot de dreigende ziekte en mogelijke bestaande aandoeningen. Het is dus niet alleen cruciaal dat, maar ook hoe de vaccinatie wordt toegediend.

Risico's en bijwerkingen

Vaccinatie is in feite bedoeld om te beschermen tegen risico's, in plaats van er op hun beurt de trigger voor te zijn. Toch zijn er altijd bijwerkingen. Meestal zijn dit kleine sporen die de naald op de arm achterlaat tijdens vaccinatie met een injectiespuit. Dit kan in de nasleep jeuk en roodheid veroorzaken. Echt pijnkomt daarentegen zeer zelden voor, maar kan niet volledig worden uitgesloten. Afhankelijk van de intensiteit van de voorbereiding die voor de vaccinatie wordt gebruikt, kunnen er echter ook andere lichamelijke symptomen zijn die de persoon in kwestie hindert: Hoofdpijn, misselijkheid tot braken net zoals diarree en pijn in de buik worden vaker waargenomen, vooral bij zeer agressieve stoffen die voor vaccinatie worden gebruikt. Het is voor de arts belangrijk om bestaande ziektes te herkennen en in dat geval liever af te zien van de vaccinatie en dat te doen make-up voor het op een later tijdstip. De arts moet ook een competent antwoord kunnen geven op mogelijke risico's en bijwerkingen. Daarnaast is het cruciaal dat de vaccinatie regelmatig wordt uitgevoerd en zo een effectieve bescherming tegen ziekten kan opbouwen.