U7 Onderzoek

Wat is de U7?

Het U7-examen is één van de 9 vroegtijdige opsporingsexamens (U-examens). Elk U-onderzoek wordt uitgevoerd op een bepaalde leeftijd van het kind. Het U7-onderzoek is het eerste vroege detectieonderzoek in de kindertijd. Het dient om mogelijke ziektes of ontwikkelingsstoornissen in een vroeg stadium op te sporen en het kind te ondersteunen bij het gezond opgroeien. Een speciale focus van het U7-onderzoek is de mentale en sociale ontwikkeling van het kind.

Wanneer wordt het U7-onderzoek uitgevoerd?

Het U7-onderzoek wordt uitgevoerd tussen de 21e en de 24e maand van het leven van het kind. Het is om twee redenen belangrijk om het onderzoek op deze leeftijd uit te voeren. De eerste is dat de timing van de U-examens wordt zo gekozen dat relevante ziekten of ontwikkelingsstoornissen tijdig kunnen worden opgespoord en de behandeling het best mogelijke effect bereikt.

De beoordeling van de ontwikkelingsstatus is ook het best mogelijk als de arts de kinderen op een constant vast tijdstip ziet. De andere, wat meer pragmatische reden is dat als de tijdslimiet niet wordt nageleefd, er soms factureringsproblemen kunnen zijn met de volksgezondheid verzekeringsbedrijf. Dit kan ook voor u interessant zijn: Ontwikkeling van het kind

Welke onderzoeken worden uitgevoerd?

Net als bij de andere U-onderzoeken wordt met het U7-onderzoek nagegaan of het kind zich normaal ontwikkelt en gezond is. Eerst krijgt het kind een grondige fysiek onderzoek. De kinderarts meet die van het kind hoofd omtrek, lengte, gewicht, uiterlijk in de mond, oren en ogen, palpeert de buik en controleert de beweeglijkheid van armen en benen.

Vervolgens kijkt hij naar motoriek, sociaal en speelgedrag en taalontwikkeling. Hierbij zijn vooral de observaties van ouders in het dagelijks leven van belang. Loopt uw ​​kind weleens, kan hij of zij vanuit gehurkte houding zonder handen opstaan, houdt hij of zij van bewegen?

Hoe is hun coördinatie - begint het misschien al een voet op elke trede van de trap te zetten, zoals de volwassenen? Tijdens het onderzoek laat de arts uw kind bijvoorbeeld met een bal spelen of achteruit rennen of test de fijne motoriek door hem een ​​bloktoren te laten bouwen. Vervolgens vraagt ​​de kinderarts naar het sociale gedrag van het kind.

Hij is bijvoorbeeld geïnteresseerd in hoe uw kind met broers en zussen speelt of in kleuterschool, hoe hij met huisdieren omgaat, of hij onderscheid maakt tussen 'mijn' en 'die van u' en of hij actief begint deel te nemen aan alledaagse activiteiten zoals tandenpoetsen, wassen haar, aan- en uitkleden. In termen van taalontwikkeling kijken we of het kind eenvoudige woorden en zinnen verstaat en of hij of zij al in zinnen van twee woorden spreekt. Hier kan de kinderarts zelf met uw kind praten over wat hij gisteren heeft meegemaakt.

Als alternatief wordt er gekeken naar een prentenboek waarin het kind dingen moet herkennen en benoemen. Het actieve vocabulaire van het kind moet ongeveer 100 - 200 woorden zijn. Een ander belangrijk punt van het U7-onderzoek is om de ouders te adviseren over onderwerpen die in de nabije toekomst van belang zijn voor het kind. Deze omvatten voeding, ongevallenpreventie, bevordering van taalontwikkeling, vaccinaties en cariës profylaxe. De aanbevolen vaccinaties kunnen ook tijdens het U7-onderzoek worden uitgevoerd.