Taken van de hersenschors | Taken van het cerebrum

Taken van de hersenschors

De hersenschors, ook wel de cortex cerebri genoemd, is van buitenaf zichtbaar en omhult de hersenen. Het wordt ook wel de grijze stof genoemd, omdat het in een gefixeerde toestand grijsachtig lijkt ten opzichte van het hersenmerg. De hersenschors bevat de zenuwkernen van de zenuwbanen die naar andere delen van de hersenen en de rest van het lichaam.

Hier is het belangrijk om de algemene structuur van een zenuwcel. Zenuwcellen of neuronen bestaan ​​uit een cellichaam, een axon, die lijkt op een lange extensie en veel dendrieten. Dendrieten lijken op antennes en ontvangen signalen van andere zenuwcellen.

Deze informatie wordt naar het cellichaam gestuurd en daar verwerkt. Langs de axonkan deze verwerkte informatie soms meters ver worden doorgegeven. synapsen bevinden zich aan het einde van de axon.

Ze dienen om informatie door te geven aan stroomafwaartse zenuw-, spier- of kliercellen. De cellichamen worden verzameld en gerangschikt in zes lagen in de hersenschors. Ze ontvangen signalen van het lichaam in verschillende lagen dan die van de rest van de hersenen.

Op deze manier vindt er een zekere voorsortering plaats. Afhankelijk van waar de informatie vandaan komt, wordt deze doorgegeven aan verschillende andere zenuwcellen. De hersenschors dient dus onder meer als een belangrijk knooppunt voor inkomende prikkels en signalen die naar de juiste gebieden moeten worden gedistribueerd om een ​​zinvolle verwerking te garanderen.

Het bevat de twee spraakcentra. De ene dient om gesproken en geschreven inhoud te herkennen en te interpreteren. De tweede is verantwoordelijk voor de motorische en sensorische productie van spraak, dwz woorden en zinnen.

In het dorsale, dwz naar achteren gerichte, achterste deel van de hersenen en de hersenschors ligt het centrum voor zicht. Het is verbonden met andere centra die interpreteren wat wordt gezien. Aan welke van deze centra de informatie wordt doorgegeven, hangt onder meer af van de kleur van wat wordt gezien, of het beweegt of stilstaat.

Op dezelfde manier worden gezichten op andere plaatsen geïnterpreteerd. De gebieden voor gezichtsherkenning van andere mensen en ook van de eigen persoon zijn weer verbonden met emotionele centra, alleen om inzicht te geven in de complexiteit van de grote hersenen. Natuurlijk is er ook een regio in de cortex om te horen.

Het grootste deel wordt echter ingenomen door de zogenaamde motorische cortex. Het is verantwoordelijk voor de coördinatie van bewegingen. Om dit te doen, werkt het nauw samen met de somatosensorische cortex, die sensorische indrukken samenbrengt.

Dit omvat ook proprioceptie, ook wel dieptewaarneming genoemd. Het geeft informatie over de positie van spieren en gewrichten in relatie tot elkaar, zodat de hersenen precies weten waar elke spier zich bevindt om zo gericht bewegingen te kunnen initiëren en coördineren. De zintuiglijke indrukken omvatten ook de tastzin, temperatuur, vibratie en pijn.

De prefrontale cortex is verantwoordelijk voor het bewustzijn en de persoonlijkheid van een persoon. Het is nauw verbonden met geheugen en de emotionele gebieden van de hersenen. Het is de hersenschors die het denken mogelijk maakt in de vorm waarin een mens het kan en leidt tot bewustwording van onszelf.