Sint-janskruid en de zon - waar moet op worden gelet? | Sint-janskruid

Sint-janskruid en de zon - waar moet rekening mee worden gehouden?

Het actieve ingrediënt hypericine in Sint-janskruid leidt tot verhoogde lichtgevoeligheid van de patiënt. Dit proces staat bekend als fotosensibilisatie. Enerzijds de vorming van het belangrijke vitamine D in de huid wordt gestimuleerd, anderzijds het risico van zonnebrand veroorzaakt door UV straling toeneemt.

Om deze reden dienen patiënten met reeds bekende, verhoogde lichtgevoeligheid af te zien van inname Sint-janskruid en eventueel overstappen op andere preparaten. Tegelijkertijd moet tijdens een behandeling met in ieder geval intensief zonnen of een bezoek aan een solarium worden vermeden Sint-janskruid. Erge, ernstige zonnebrand met ernstige schade aan de huid is te vrezen. Vaak manifesteert de verhoogde lichtgevoeligheid zich ook in het gebied van de ogen. Patiënten klagen over jeuk en tranende ogen (typische symptomen van conjunctivitis). De verhoogde gevoeligheid voor licht neemt pas ongeveer twee weken na stopzetting van de bereiding af.

Sint-janskruid en kinderwens - is dat mogelijk?

Sint-janskruidpreparaten bevatten sporen van vrouwelijk geslacht hormonen (oestrogenen), die de hormoonproductie bij zowel vrouwen als mannen kan beïnvloeden. Echter, de exacte effect van sint-janskruid op de rijping van eieren en sperma is nog niet bekend. Er zijn maar weinig onderzoeken die bewijzen dat sint-janskruid een schadelijk effect heeft op de kinderwens.

Om deze reden dient het gebruik van sint-janskruid altijd met een gynaecoloog te worden besproken. Indien mogelijk moet de bereiding worden stopgezet als u kinderen wenst. Desalniettemin is het ook nodig om andere oorzaken van op te helderen onvruchtbaarheid.

Waar moet rekening mee worden gehouden bij het spenen van sint-janskruid?

Een antidepressivum effect van sint-janskruid en andere antidepressiva treden op zijn vroegst op na 2 weken regelmatig gebruik van de medicatie. Patiënten melden vaak pas na 4 tot 6 weken een toenemende afname van depressieve episodes. Voor langdurige psychologische stabilisatie is het meestal nodig om de therapie gedurende enkele maanden en jaren voort te zetten.

Bij het stoppen met sint-janskruid is er geen risico op afhankelijkheid met ontwenningsverschijnselen in vergelijking met veel andere stoffen die op de centrale zenuwstelsel. Daarom is een geleidelijke dosering niet nodig. Al 7 dagen na de laatste inname van het preparaat zijn er geen sporen van sint-janskruid meer te zien in de bloed van de patiënt. Zelfs binnen een paar dagen neemt het potentieel af bijwerkingen van sint-janskruid. Tegelijkertijd ervaren veel patiënten nog steeds langdurige psychologische stabilisatie.