Pulp (tandmerg)

Introductie

De anatomie van de tand bestaat in wezen uit drie lagen. In het kruingebied is de buitenste laag de glazuur, de hardste substantie van het lichaam. Dit wordt gevolgd door de dentine of dentinebot en binnenin is de pulpa.

De wortel van de tand is de buitenste laag en omringt een derde harde substantie genaamd cement, die dient om de tand te verankeren en daarom wordt gerekend tot het parodontium. Dan volgt de dentine en in het wortelkanaal met de wortelpulp. Het vruchtvlees vult de binnenste holtes van de tand.

Het past zich ongeveer aan de vorm van de dentine. Er wordt onderscheid gemaakt tussen het kruinpulp en het wortelpulp. Het vruchtvlees wordt goed beschermd door het dentine en glazuur.

De pulpaholte en de wortelkanalen zijn aanvankelijk erg ruim bij jonge mensen. Met de leeftijd raken beide steeds meer vernauwd door de aanhoudende dentineproductie (secundair dentine). De interne structuur van de pulp bestaat uit bindweefsel, bloed schepen en zenuwvezels.

Aan de rand van de pulpa bevindt zich een laag odontoblasten, cellen die nieuw dentine vormen en zo de vernauwing van de holte veroorzaken. Bloed wordt via bloed aan de pulpa geleverd schepen die binnenkomen en verlaten door de opening aan het uiteinde van de wortel. Deze opening aan het uiteinde van de wortel levert ook zenuwcellen die afkomstig zijn van een zenuw genaamd de trigeminuszenuw.

Het vruchtvlees is via de opening aan de wortelpunt verbonden met het hele organisme. Door verschillende invloeden kan het vruchtvlees ziek worden. Meestal treedt een ontstekingsreactie van de pulp op als gevolg van progressief cariës.

Wel komen thermische prikkels, zoals verhitting door het slijpen van de tand of chemische en giftige prikkels uit tandvulling kan ook leiden tot een reactie van de pulp. Zelfs door de opening aan de wortelpunt kan het vruchtvlees tijdens zeer diepe parodontologische processen ontstoken raken. De ontstekingsreacties van de pulpa kunnen in verschillende stadia optreden.

Eerst kan alleen het kruinpulp worden aangetast en vervolgens over het hele vruchtvlees worden verspreid. Naarmate de ziekte voortschrijdt, kan de pulp óf necrotisch worden, dwz dood, óf het kan veranderen in een etterig verval van het pulpaweefsel, genaamd gangreen. Omdat een ontsteking altijd gepaard gaat met oedeem, veroorzaakt het veel pijn, aangezien het ontstekingsweefsel in de pulpaholte niet kan uitzetten en daardoor op de zenuwvezels drukt.

Pijn is daarom het belangrijkste symptoom van een ontsteking van de pulpa. Af en toe, pijn kan ook worden veroorzaakt door een zogenaamd tandbeen. Dit is een harde structuur vergelijkbaar met dentine, die zich in de pulpaholte bevindt, hetzij vrij, hetzij bevestigd aan de pulpwand. De tandheelkundige diagnose kan voornamelijk worden gesteld door Röntgenstraal.