Diagnose | Baby braken

Diagnose

If braken komt herhaaldelijk voor bij de baby, verdere medische opheldering van de oorzaak moet worden uitgevoerd. Een gedetailleerd overleg met een arts is vooral belangrijk voor de diagnose. Hier moet de dokter vragen hoe lang de baby al is braken, hoeveel, hoe het braaksel eruitziet, met welke tussenpozen het optreedt en of er nog andere bijkomende symptomen zijn.

Dit wordt gevolgd door een gedetailleerd fysiek onderzoek, evenals a bloed testen om eventuele afwijkingen op te sporen en deze nauwkeuriger te onderzoeken. Vaak wordt onder observatie geprobeerd voedsel binnen te krijgen, zodat de arts een beeld kan krijgen van de braken voor zichzelf en beoordeel het beter. Voor verdere diagnostiek kunnen verdere onderzoeken worden uitgevoerd door ultrageluid or Röntgenstraal, afhankelijk van het probleem.

Wanneer moet ik naar de dokter?

Eenmalig braken bij de baby hoeft geen reden tot bezorgdheid te zijn. Baby's spugen vaak kort na inname kleine hoeveelheden voedsel op. Het is ook mogelijk dat de maag moet eerst wennen aan de verandering van voedsel. Als de baby echter herhaaldelijk moet braken of gepaard gaat met symptomen zoals koorts, weigering om te eten of, in het ergste geval, veranderingen in de natuur, moet een arts worden geraadpleegd. Deze arts kan de oorzaak van het braken achterhalen en een therapie starten.

Bijbehorende symptomen

Andere symptomen die gepaard kunnen gaan met braken bij de baby, zijn zeer gevarieerd. Omdat braken meestal optreedt in de context van een infectie, gaat het vaak gepaard met symptomen zoals koorts, diarree, pijn in de buikvermoeidheid en rusteloosheid. Bovendien kunnen keelpijn, hoesten, rhinitis of zelfs een ontsteking in het gebied van de oren optreden.

Baby's die vaak en veel overgeven, zien er erg slap uit, zijn slaperig en hebben geen zin om te drinken. Als ze geen vocht hebben, zijn er tekenen van beginnend uitdroging worden vaak zichtbaar. Deze omvatten droge huid, ingevallen ogen, ingevallen fontanel en droge slijmvliezen. In de context van een infectie weigeren ze vaak voedsel. In tegenstelling, kinderen die moeten braken door reflux of een centrale regulatiestoornis zijn vaak erg boos en haastig als ze drinken. Door honger lijken ze bijzonder onrustig en huilen ze veel.