Angst voor de tandarts

Synoniemen in bredere zin

Kinderen bij de tandarts, tandheelkundige filosofie, jeugd Angst voor de tandarts De angst voor de tandarts is wijdverbreid. Dit treft niet alleen volwassenen, maar ook kinderen als ze niet goed zijn voorbereid op een bezoek aan de tandarts. Ouders zijn het rolmodel voor hun kinderen en het is dan ook niet verwonderlijk als hun angst voor de tandarts ook wordt overgedragen op de kinderen.

Een tandartsbezoek moet echter worden gezien als een volkomen natuurlijk onderdeel van het dagelijks leven. Daarom moeten kinderen de tandarts zo vroeg mogelijk leren kennen, zelfs als ze nog geen behandeling nodig hebben. Het bezoek aan de tandarts mag in geen geval worden bedreigd als een straf.

Aan de andere kant is de indicatie dat het bij de tandarts geen pijn zou doen ook schadelijk, aangezien het kind dan wordt gewaarschuwd dat hij of zij mogelijk pijn bij de tandarts. Hoe minder gedoe u maakt om naar de tandarts te gaan, hoe beter. Bij alle verdere behandelingen is het verloop van het eerste tandartsbezoek en de eerste behandeling het belangrijkst.

Het vergt veel tijd en geduld van de tandarts. Het kind krijgt eerst de functie van de behandelstoel te zien door de stoel zelf op en neer te kunnen bewegen. Nadat het op de stoel is gaan zitten, wordt het kind “de lift in” genomen en de tandheelkundige instrumenten getoond.

De spiegel is van bijzonder belang omdat het kind zichzelf vergroot kan zien. Op deze manier begrijpt het kind dat de spiegel een goede manier is om naar de tanden te kijken. Hij kan de luchtblazer ook zelf bedienen.

Het wordt geoefend om de mond en water in de spuugbak spugen. Na een grondige inspectie van het gebit wordt de eerste sessie beëindigd als er geen acute behandeling nodig is. Bij het volgende bezoek aan de tandarts is het kind al bekend met de sfeer in de tandartspraktijk en is de angst voor de tandarts weggenomen en kan de behandeling beginnen.

De tandarts moet het gebruik van de turbine vermijden en alleen de eenvoudige boor gebruiken. Het kind moet eerst de onschadelijkheid van de oefening worden aangetoond. Dit kan worden bereikt door op de lopend boor uitgerust met een rozenboor op de vingertop.

Het kind kan zien dat de vinger is niet gewond. Men geeft het kind de instructie om zijn of haar hand op te steken wanneer pijn treedt op. De tandarts moet onmiddellijk stoppen met het verwijderen van de cariës zodat zijn kleine patiënt kan zien dat zijn reactie serieus wordt genomen.

Interessant is dat kinderen er vaak niet over praten pijn, maar ze zeggen: "Het kietelt". Na zo'n kennismaking met de tandartspraktijk en behandeling, die veel tijd en geduld kost, ontstaat er een groot vertrouwen in het kind en kunnen alle noodzakelijke ingrepen zonder angst worden uitgevoerd. Zelfs een injectiespuit verliest zijn angst.

Het belangrijkste is dat de tandarts het kind voor elke stap van de behandeling precies uitlegt wat er gaat gebeuren. Er mag niets gebeuren dat er een behandelstap wordt gezet die niet vooraf aan het kind is aangekondigd en uitgelegd. Door deze procedure krijgt de kleine patiënt een groot vertrouwen bij de tandarts. Na de behandeling wordt het kind geprezen om zijn meewerkende houding en wordt zijn moed beloond met een klein cadeautje.