Oorzaken | Oligodendroglioom

Oorzaken

De oorzaak van zijn vorming is vandaag nog onbekend. Er zijn veel theorieën, maar geen enkele is bewezen. Er zijn aanwijzingen dat de neiging om oligodendrogliomen te vormen genetisch bepaald kan zijn. Ook een connectie met virussen en multiple sclerose is overlegd.

Diagnose

Zoals bij elke ziekte, wordt de diagnose eerst gesteld door de diagnose van de patiënt te nemen medische geschiedenis, dwz door met een arts te praten. Ook speelt de buitenlandse anamnese, dat wil zeggen de beschrijving van de symptomen door een tweede persoon, een rol hersenen tumoren. Vaak merken de partner of kinderen de veranderingen in de natuur het snelst.

Het is ook belangrijk om een ​​exacte beschrijving te geven van de epileptische aanvallen, aangezien deze verschillen afhankelijk van de locatie en het type tumor. Als de dokter vermoedt dat het een hersenen tumor, een beeldvorming van de hoofd is geregeld. Een CT (computertomografie) met toediening van een contrastmiddel, een MRI (magnetische resonantie beeldvorming van de hersenen) of zelfs een Röntgenstraal onderzoek van de schedel kan eerst worden gedaan.

Vaak een EEG (electroencephalography) wordt ook geschreven, wat betekent dat de hersengolven worden gemeten. De CT en MRT zijn de belangrijkste voor het stellen van een diagnose. Een CT met contrastmiddel toediening kan de tumor in meer dan 90% van de gevallen detecteren en soms ook het type tumor bepalen.

Oligodendrogliomen kunnen echter nauwkeuriger worden gezien in de MRT. MRI is dan ook de voorkeursmethode, aangezien niet alleen het type tumor beter kan worden bepaald, maar ook de locatie van de tumor goed kan worden aangetoond. Dit is op zijn beurt erg belangrijk voor de therapieplanning. Als een oligodendroglioom is nu gedetecteerd, a biopsie wordt meestal besteld. De maligniteit van de oligodendroglioom kan worden bepaald door de biopsie.

Therapie

De therapie hangt af van de maligniteit, grootte en locatie van de oligodendroglioom​ De opties voor het behandelen van een oligodendroglioom variëren van chemo- en radiotherapie voor een operatie. Zoals reeds vermeld in de inleiding, zijn er verschillende gradaties van deze tumor, variërend van goedaardig tot zeer kwaadaardig, waarbij de goedaardige varianten veel vaker voorkomen.

Als de tumor zich op een gemakkelijk bereikbare plaats bevindt en slechts licht kwaadaardig is (graad I of II), kan een operatie voldoende zijn. In graad I kan een operatie soms leiden tot volledig herstel, in graad II is dit nog mogelijk, maar minder waarschijnlijk. Als volledig herstel niet wordt bereikt, radiotherapie or chemotherapie kan worden voorgeschreven na een operatie.

Als de tumor erg groot is of op een ongunstige locatie ligt, kan deze niet altijd worden geopereerd en moet deze worden voorbehandeld met bestraling of chemotherapie​ Straling of chemotherapie vermindert vaak de grootte van de tumor en kan daarom achteraf geopereerd worden. Als de tumor nogal kwaadaardig is, dwz een graad III of IV heeft, radiotherapie en / of chemotherapie wordt vaak gebruikt als voorbehandeling. Of chirurgie, radiotherapie of chemotherapie de voorkeur heeft en of deze behandelingsopties worden gecombineerd, hangt van veel factoren af ​​en moet steeds opnieuw worden beslist. Naast het type, de locatie en de grootte van de tumor spelen ook de leeftijd van de patiënt, de wensen van de patiënt en eerdere ziektes een rol.