Taken van de dikke darm

Synoniemen in bredere zin

dikke darm, interstitium grassum, endeldarm, endeldarm

Introductie

De hoofdfunctie van de dikke darm is om water uit de ontlasting opnieuw op te nemen en naar de anus. Tegelijkertijd worden ook mineralen uit de etensresten verwijderd en wordt de ontlasting verdikt. De voedingsstoffen uit de voeding zijn al opgenomen in de dunne darm, die zich voor de dikke darm bevindt. De dikke darm herbergt ook een groot aantal bacteriën die voedselcomponenten gebruiken die voor ons onverteerbaar zijn. Maar de dikke darm is niet alleen belangrijk voor de spijsvertering, het speelt ook een rol bij de immuunsysteem.

Taken van de dikke darm

De taak / hoofdtaak van de dikke darm is het verwijderen van water uit de darminhoud (opname) zodat er geen grote hoeveelheden vocht verloren gaan aan het lichaam. Door de taak om water en mineralen te onttrekken (elektrolyten), wordt de ontlasting dikker en dikker naarmate deze passeert. Om ervoor te zorgen dat de kruk ondanks zijn toenemende stevigheid naar voren kan bewegen, moet het vermogen om te glijden gegarandeerd zijn.

Voor dit doel produceren de bekercellen constant slijm. De opname van vloeistof vermindert het volume van de ontlasting tot 150-200 ml per dag. De rectum fungeert dan als een reservoir (rectale ampul) waar de ontlasting tijdelijk wordt opgeslagen.

Wanneer een bepaald opslagvolume is bereikt, wordt de ontlastingsreflex geactiveerd en wordt de ontlasting gecontroleerd geleegd. De dikke darm wordt ook door gekoloniseerd bacteriën (microflora) die verschillende taken uitvoeren. Deze bacteriën vervullen een barrièrefunctie, omdat ze het ongewenste binnendringen van lichaamsvreemde stoffen (allergenen) in de darmwand gedeeltelijk voorkomen, stimuleren ze de beweging van de dikke darm (motiliteit / peristaltiek) en stimuleren ze de immuunsysteem.

Bovendien kunnen bacteriën produceren vitaminen zelf, die de darm vervolgens kan opnemen. Bepaalde medicijnen (bijv antibiotica), radioactieve straling en ondervoeding (bijv. te veel suiker) kan de microflora verstoren en problemen veroorzaken zoals winderigheid, metabolisme en immuunafweer.