Symptomen van een wondgenezingsstoornis op de tand | Wondgenezingsstoornis op de tand

Symptomen van een wondgenezingsstoornis op de tand

Afhankelijk van de ernst, a wond genezen een aandoening in het gebied van de tand kan zeer pijnlijk zijn. Patiënten zijn doorgaans vrij van symptomen gedurende de eerste 1-3 dagen na de tandheelkundige ingreep. Daarna ontwikkelen ze zich pijn, soms ernstig, in korte tijd.

Ze hebben meestal een kloppend karakter in het gebied van de wond en stralen vaak uit naar delen van het gezicht, zoals oren of slapen. In tegenstelling tot een gezonde wond genezen, de wond blijft “leeg” of is gevuld met een vettige, soms stinkende massa. Aangrenzend weefselvocht knooppunten, zoals die in de nek, kan pijnlijk worden vergroot. In het geval van majoor wond genezen aandoeningen, beschrijven patiënten zelfs koorts en algemene klachten zoals vermoeidheid, zwakte of hoofdpijn.

Pijn met wondgenezingsstoornissen

De pijn een wondgenezingsstoornis is meestal opruiend. De tandvlees op het getroffen gebied zijn meestal rood gekleurd en kunnen ook gezwollen zijn. De tandvlees kan een brandend pijn en voel je warm bij aanraking met de tong.

Lees hier meer over onder: Gingivitis Deze pijn kan ook worden veroorzaakt tijdens het kauwen, wanneer er druk op de tand wordt uitgeoefend. De tand wordt in het ontstoken weefsel gedrukt, wat leidt tot sterk trekongemak. Als het wondgenezingsstoornis langer aanhoudt, kan de tand los gaan zitten en wiebelen. Opvallend is dat koele dranken en koude kompressen tot verlichting van de klachten leiden en de pijn verdwijnt.

Wat te doen bij een wondgenezingsstoornis aan de tand?

Uitgesproken wondgenezingstoornissen moeten op tijd worden behandeld. Mogelijke therapieën zijn onder meer antibiotica, hetzij als tabletten, zalf of mondwater, het desinfecteren van wondtamponades en vooral voldoende pijntherapie​ Overbodig mond spoelingen die niet door tandartsen worden aanbevolen, moeten worden vermeden, omdat ze vaak meer kwaad dan goed doen. Verder wordt aanbevolen om algemene gedragsmaatregelen, zoals fysieke bescherming, in acht te nemen. Als er ondanks deze maatregelen geen verbetering optreedt, moet mogelijk een nieuwe tandheelkundige ingreep worden overwogen.