Pijn met een hallux rigidus

Hallux Rigidus is een veel voorkomende orthopedische aandoening die is gebaseerd op slijtage (artrose) van de metatarsofalangeale gewricht van de grote teen. Na Hallux valgus, een verkeerde plaatsing van de grote teen met verplaatsing van de metatarsofalangeale gewricht van de grote teen naar de binnenrand van de voet, is het de tweede meest voorkomende functionele aandoening van de grote teen. Vaak komen beide ziekten naast elkaar voor.

De oorzaak is waarschijnlijk een combinatie van overbelasting, ongeschikt schoeisel, reeds bestaande verkeerde voetpositie en traumatisch letsel aan de voet. De resulterende slijtage van het gewricht kraakbeen tussen de eerste middenvoetsbeentje bot en de basis van de grote teen veroorzaakt ernstige pijn in rust en vooral tijdens het lopen. Dit gaat gepaard met een toenemende en uiteindelijk volledige verstijving van het gewricht (hallux limitans).

Oorzaak van de pijn

Real gewrichten (diarthroses), in tegenstelling tot nepgewrichten (synarthroses), worden gekenmerkt door kraakbeen-bedekte botuiteinden, waartussen de met vloeistof gevulde gewrichtsruimte zich bevindt. Dit is omgeven door een gezamenlijke capsule. De kraakbeen zorgt voor een glad oppervlak en vervult zo de functie van het absorberen van de wrijving die wordt gegenereerd tijdens de beweging van het gewricht en het beschermen van het onderliggende bot.

Tegelijkertijd is het drukelastisch en kan het daardoor schokken opvangen. Overmatige slijtage van dit kraakbeen door ouderdom of ziekte resulteert in het klinische beeld van artrose​ In dit geval de beschermende hyaline kraakbeen laag wordt steeds dunner en wordt vervangen door inferieur vezelig kraakbeen en granulatieweefsel.

Een regeneratie van de hyaline kraakbeen is niet mogelijk. De afbraak van de kraakbeenstof leidt tot een pijnlijke verhoging van de druk in het onderliggende botweefsel, met microfracturen tot gevolg. Het wrijven van beschadigd kraakbeen en botweefsel tegen elkaar is soms zelfs hoorbaar en wordt crepitatie genoemd.

Kleine stukjes kraakbeen en bot kunnen losraken van het resterende weefsel. Als ze de gewrichtsruimte binnendringen, kan dit een verstopping van het gewricht veroorzaken. Om de verhoogde druk te kunnen opvangen, ontstaan ​​aan de rand van het gewricht nieuwe botformaties (osteofyten), die er uiteindelijk voor zorgen dat de gewrichtsbasis wijder wordt en zichtbaar wordt in het Röntgenstraal beeld. Al deze hermodelleringprocessen en het gebrek aan veerkracht van het vervangende weefsel veroorzaken de ontwikkeling van chronische ontstekingen en resulteren in gewrichtsinstabiliteit. Vooral tijdens beweging leidt dit soms tot ernstige pijn.