Operatie voor borstkanker

Definitie

In de chirurgische therapie van borstkankerwordt er in wezen een onderscheid gemaakt tussen twee verschillende methoden. De oudere methode is de zogenaamde gemodificeerde radicaal mastectomie​ Bij deze operatie wordt de volledige borst (klierweefsel en huid) en indien nodig de onderliggende borstspier verwijderd.

De tweede en nieuwere methode is de borstconserveringstherapie (BET). Het wordt gebruikt bij 70% van alle patiënten met borstkanker​ Alleen het weefsel met de tumor en een klein stukje huid wordt verwijderd.

De rest van het klierweefsel en de huid wordt op zijn plaats gelaten. Beide methoden omvatten altijd het verwijderen van weefselvocht knooppunten uit de oksel van dezelfde kant. Hoeveel weefselvocht knooppunten worden verwijderd hangt af van of er tumorcellen in de oksel zijn of niet.

Indicatie voor een operatie

Chirurgie is een belangrijk onderdeel van het therapieconcept voor borstkanker​ Dit betekent dat alle patiënten bij wie nee metastasen (afwijkingen) zijn geconstateerd zal altijd een operatie ondergaan. Zelfs in voorstadia van kanker die nog niet invasief groeien, moet een vroege operatie worden uitgevoerd om verdere degeneratie te voorkomen.

De chirurgische methode heeft geen invloed op de overleving, wat betekent dat de twee hierboven beschreven methoden gelijkwaardig zijn. In Duitsland ondergaat de meerderheid van de patiënten een borstconserveringstherapie, aangezien deze minder ingrijpend is dan volledige borstverwijdering. Er zijn echter enkele aanwijzingen voor het volledig verwijderen van de borst. Deze omvatten een ongunstige tumor-borstverhouding in het geval van grote tumoren, meerdere tumoren in dezelfde borst of huid / spierbetrokkenheid. Verdere indicaties hiervoor zijn een reeds uitgevoerde bestraling van de borst, andere contra-indicaties tegen straling en natuurlijk de wens van de patiënt.

Voorbereiding voor een operatie

Voorafgaand aan de operatie geeft de gynaecoloog uitgebreide informatie over de operatiemethoden en risico's. Daarnaast moet, net als bij andere operaties, een gesprek met de anesthesist worden gevoerd om de risico's van anesthesie en om mogelijke risicofactoren te verduidelijken. Als het niet mogelijk is om de tumor in de borst te palperen, wordt deze tijdens BET (borstsparende therapie) gemarkeerd met een draad om hem tijdens de operatie sneller en beter te vinden.

Een radioactieve stof wordt ook in het gebied rond de tumor geïnjecteerd. Deze radioactieve stof wordt naar de lokale bevolking getransporteerd weefselvocht knooppunten via de lymfedrainagekanalen en hoopt zich vooral op in het gedegenereerde weefsel. Met behulp van een speciale camera kan de lymfeklieren dicht bij de tumor kan vervolgens worden gevisualiseerd en verwijderd tijdens de operatie.