Kraal breuk

Definitie

Een kraal breuk, ook wel torische fractuur genoemd, is een in de volksmond onvolledige fractuur van een bot, die vooral optreedt in jeugd. Dit soort breuk komt meestal voor op lange buis botten zoals onderarm of lager been botten als ze nog groeien. Het is meestal een compressie breuk dat een bultfractuur veroorzaakt.

Bij een “breuk” leidt dit echter niet tot de vorming van twee botfragmenten. In plaats daarvan worden alleen de binnenste lagen van het bot gebroken, terwijl het buitenste periosteum intact blijft en ervoor zorgt dat er geen afzonderlijke delen worden gevormd. De Röntgenstraal afbeelding toont de bobbelbreuk met een bobbel op de zogenaamd gebroken plek, wat ook de naam verklaart.

Therapie

De behandeling van parelfracturen is meestal conservatief. Concreet betekent dit dat er geen operatie aan de fractuur nodig is. Het feit dat het periosteum rond de breuk is nog intact zorgt voor goede genezingsresultaten met een conservatieve aanpak.

Als het bot iets wegglijdt, wordt het onder de controle van een Röntgenstraal en vervolgens gefixeerd met behulp van een gips gips. Immobilisatie is normaal gesproken slechts nodig voor ongeveer vier weken. In dit geval zou een operatie alleen betrekking hebben op manipulatie van het botgroeicentrum, wat kan voorkomen dat het bot verder groeit.

Het wordt over het algemeen aanbevolen om te behandelen jeugd breuken met zo min mogelijk manipulatie van de groeicentra. Alleen als de botuiteinden niet in een rechte lijn liggen, kan een operatie extra hulp bieden. In dit geval zijn er verschillende stabilisatie-opties, zoals draden of platen, die de breuk immobiliseren.

In het geval van ernstig pijn, pijnbehandeling met ibuprofen or paracetamol kan ook op kinderen worden uitgevoerd. Afhankelijk van de fractuurplaats kan fysiotherapie het genezingsproces ondersteunen om de volledige beweging te herstellen. Het aangetaste bot mag niet direct volledig worden belast, omdat dit nieuwe fracturen op de oude fractuurplaats zal stimuleren.

Ongewone fracturen, zoals de sleutelbeen, kan niet worden gepleisterd en moet daarom worden gestabiliseerd met speciale spalken. Meestal wordt het gips gedurende vier tot zes weken op de arm gedragen. Deze periode moet het bot de tijd geven om weer goed samen te groeien. Deze periode wordt ook in acht genomen voor blessures aan de onderzijde been botten zodat het bot zich goed kan aanpassen. Als het sleutelbeen is gebroken, maar alleen de aangedane schouder kan worden geïmmobiliseerd zodat het bot weer kan genezen.