Kosten van een gedragstherapie | Gedragstherapie

Kosten van een gedragstherapie

De kosten van een gedragstherapie variëren afhankelijk van de behandelende psycholoog of psychiaterDaarnaast zijn de kosten van de gedragstherapie afhankelijk van waar de patiënt de gedragstherapie wil doen. Aangezien het bij de gedragstherapie een erkende psychologische therapie betreft, worden de kosten van de gedragstherapie veelal door de gerechtelijke overgenomen volksgezondheid verzekeringsbedrijf. Mocht een patiënt echter wel een gedragstherapie willen maken, zonder dat het een medische indicatie is, dus een erkende psychische aandoening heeft, dan kan het zijn dat de patiënt de kosten van de gedragstherapie moet betalen. In het algemeen zijn echter in de meeste gevallen de kosten van gedragstherapie vallen onder volksgezondheid verzekering en de patiënt hoeft geen toeslagen te betalen.

Gedragstherapie bij angststoornissen

Gedragstherapie is een erkende vorm van therapie in de psychologie en wordt vaak gebruikt door psychologen en psychotherapeuten om verschillende psychische stoornissen te behandelen. Gedragstherapie is bijzonder effectief bij de behandeling Angst stoornissen, zoals verhoogde hoogtevrees (fobie) of spinnen, maar ook andere vormen van angst. Om angst te genezen met behulp van gedragstherapie, is het raadzaam om de patiënt met zijn of haar angst te confronteren.

Er zijn twee verschillende benaderingen. Enerzijds kan angst tijdens gedragstherapie zo worden behandeld dat de patiënt zijn of haar angst overwint door stap voor stap met de angsttrigger geconfronteerd te worden en deze zo in de loop van de tijd leert beheersen (systematische desensibilisatie). Dit kan worden geïllustreerd met een voorbeeld.

Als een patiënt last heeft van hoogtevrees, kan de angst in gedragstherapie worden overwonnen door eerst kleine hoogtes te beklimmen en leren om zijn angst te beheersen totdat hij hoger en hoger kan klimmen en keer op keer leren om de angst te beheersen met behulp van de aangeleerde ondersteuning van gedragstherapie. Een andere mogelijkheid is om de patiënt direct bloot te stellen aan de oorzaak van de angst. Voor patiënten met hoogtevrees zou dit er als volgt uit kunnen zien: De patiënt klimt direct op een hoog gebouw, zoals een gebouw met een hoog plafond B de Eifeltoren, en stelt zich zo bloot aan de maximale hoogte en dus ook aan de maximale angst en probeert deze te beheersen.

Men noemt dit soort gedragstherapie ook wel confrontatietherapie. Deze vorm van gedragstherapie kan bijzonder nuttig zijn bij sommige angststoornissen. Het is echter belangrijk dat de therapeut verschillende manieren bedenkt waarop de patiënt zijn angst in de angstopwekkende situatie het beste kan beheersen en hoe hij ermee om kan gaan.

Daarbij is het vooral belangrijk om verschillende nieuwe denkwijzen te leren, waarbij oude, angstaanjagende denkprocessen indien mogelijk moeten worden onderbroken. Verdere mogelijkheden van gedragstherapie voor Angst stoornissen bestaan ​​uit het belonen van de patiënt wanneer hij de angst onder ogen heeft gezien en de situatie onder controle heeft gehad. Deze vorm van gedragstherapie voor angstvermindering wordt ook wel een operatieve ingreep genoemd.

Communicatietraining of rollenspellen zijn ook componenten van gedragstherapie voor Angst stoornissen en kan vooral patiënten helpen die bijvoorbeeld bang zijn om in het bijzijn van andere mensen te spreken. Er zijn dus verschillende benaderingen in gedragstherapie om een ​​patiënt met angststoornissen te helpen, waarbij het belangrijk is dat elke patiënt individueel de therapieoptie kiest die voor hem het beste lijkt. Gedragstherapie wordt ook gebruikt om te behandelen angst voor verlies.

nachtelijk paniekaanvallen kan erg stressvol zijn voor de patiënt. Alle belangrijke informatie over dit onderwerp vind je op Nocturnal paniekaanvallen - wat zit er achter? Nachtelijke paniekaanvallen kunnen erg stressvol zijn voor de getroffen persoon.

Vind alle belangrijke informatie hierover onder Nachtelijk paniekaanvallen - wat zit er achter? Gedragstherapie is een erkende psychologische therapie die de patiënt kan helpen bij het succesvol behandelen van verschillende psychische stoornissen. Zoals de naam al doet vermoeden, gaat gedragstherapie vooral om het veranderen van het gedrag van de patiënt, zodat hij of zij beter kan omgaan met verschillende moeilijke situaties.

Gedragstherapie is zeer geschikt voor claustrofobische patiënten. Hier kunnen patiënten met claustrofobie gedragstherapie gebruiken om met moeilijke situaties om te gaan. In het algemeen is het doel ervoor te zorgen dat de patiënt ondanks zijn claustrofobie de situatie in kleine ruimtes kan beheersen en geen paniekaanvallen of enorme angstgevoelens hoeft te doorstaan.

Gedragstherapie kan claustrofobische patiënten helpen om hun gedrag zodanig te veranderen en te beheersen dat het mogelijk is om zonder paniekaanvallen een besloten ruimte of bijvoorbeeld een smalle MRI-buis te betreden Paniekaanvallen Een bijzonder geschikte vorm van gedragstherapie is hier systematische desensibilisatie . Hierbij moet de patiënt eerst met behulp van de therapeut of psycholoog zijn of haar angst in zijn of haar geest onder ogen zien en vervolgens mogelijke concepten ontwikkelen om deze angst in een acute situatie te onderdrukken. De volgende stap zou dan zijn dat de patiënt naar kleinere en kleinere kamers verhuist en de aangeleerde gedragspatronen toepast om claustrofobie te voorkomen, zodat ondanks een beperkte ruimte geen paniekaanval ontstaat.

Dit principe van gedragstherapie voor claustrofobische patiënten werkt vaak erg goed omdat de patiënten stap voor stap ongevoelig kunnen worden gemaakt en zo hun claustrofobie leren beheersen. Als deze vorm van gedragstherapie niet werkt voor de claustrofobische patiënt, zijn er nog meer mogelijkheden om de angst van de patiënt weg te nemen. De therapeut kan onder andere proberen de patiënt te helpen zijn of haar angst voor besloten ruimtes te overwinnen door middel van rollenspellen of cognitieve training.

Gedragstherapie voor claustrofobische patiënten kan dus op veel verschillende manieren worden toegepast en elke patiënt moet individueel worden behandeld, omdat elke patiënt het beste op verschillende manieren met zijn of haar angsten kan omgaan. Gedragstherapie kan zeer nuttig zijn in geval van claustrofobie om de patiënt te leren niet in paniek te raken maar de situatie zelfs in onaangename situaties onder controle te houden. Er zijn verschillende benaderingen om te behandelen duizeligheid met behulp van gedragstherapie.

Enerzijds kan de therapeut door middel van gesprekken en verschillende mentale (cognitieve) oefeningen proberen nieuwe mogelijkheden en manieren te openen voor de patiënt om een ​​situatie die hem bedreigend lijkt, opnieuw te beoordelen en te beheren. Maar nog geschikter is een vorm van gedragstherapie die patiënten dwingt te lijden duizeligheid om direct met hun angst om te gaan. Hier kan de therapeut de patiënt ofwel rechtstreeks naar een zeer hoge toren rijden en hem helpen de situatie onder controle te houden, of hij kan langzaam beginnen en dan de hoogte steeds verder vergroten. Deze vorm van gedragstherapie is bedoeld om patiënten bij te helpen duizeligheid zich aanpassen aan de nieuwe situatie en vervolgens een goede strategie ontwikkelen om het hoofd te bieden aan de hoogte die hen bedreigt.

Een andere manier om duizeligheid met gedragstherapie te behandelen, is door de patiënt te belonen elke keer dat hij of zij een hoogte beklimt. Deze vorm van gedragstherapie werkt vooral goed bij kinderen. Het type therapie dat de patiënt met duizeligheid het beste helpt, verschilt van patiënt tot patiënt, dus verschillende vormen van therapie moeten worden uitgeprobeerd en de patiënt moet niet onmiddellijk opgeven als ze falen.

Bij arachnofobie (arachnofobie) kan gedragstherapie erg nuttig zijn om de overdreven angst voor spinnen van de patiënt weg te nemen. In het algemeen is het niet de bedoeling om de angst van de patiënt voor spinnen weg te nemen, maar om de patiënt te leren niet in paniek te raken in een situatie waarin hij een spin tegenkomt. Arachnophobia is vaak heel goed te behandelen met gedragstherapie, waarbij de patiënt eerst met behulp van een therapeut de angst logisch probeert uit te leggen en vervolgens manieren bedenkt om zich in dergelijke situaties te gedragen zodat de patiënt niet in paniek raakt.

Vaak aan het begin van gedragstherapie voor arachnofobiekrijgt de patiënt alleen een afbeelding van een spin te zien en moet de patiënt proberen zijn angst te beheersen zonder in paniek te raken. Daarna kan er met kleine spinnen en later steeds grotere spinnen gewerkt worden en moet de patiënt leren in elke situatie de touwtjes in handen te houden en de paniek niet over hem heen te laten lopen. Deze vorm van gedragstherapie bij arachnofobie, maar ook bij andere aandoeningen, wordt systematische desensibilisatie genoemd.

Daarnaast dient de patiënt altijd met de therapeut te praten en bewust te zoeken naar situaties waarin hij of zij eerder bang zou kunnen zijn geweest en daar grip op te krijgen met behulp van de nieuw aangeleerde gedragspatronen. Zo kan naast gedragstherapie bij arachnofobie een bezoek aan de dierentuin of een reptielenafdeling helpen, als de patiënt naar de spinnen achter glas kan kijken en langzaamaan steeds beter aan de dieren kan wennen. Gedragstherapie kan nuttig zijn in het geval van een eetstoornis, aangezien patiënten het vaak moeilijk vinden om het voor hen schadelijke gedrag te stoppen zonder de hulp van een therapeut.

Gedragstherapie bij eetstoornissen is er primair op gericht de patiënt te laten begrijpen dat het eetgedrag van de patiënt verstoord is en dat dit de patiënt enorm kan schaden. Bovendien kunnen patiënten met een eetstoornis hebben vaak het probleem dat ze het als een zwakte beschouwen als ze weer normaal gaan eten en alle verbinding met hun lichaam en zijn vormen hebben verloren. Daarom is het belangrijk om de patiënt bewust te maken van de eetstoornis in gedragstherapie en om het denkpatroon te doorbreken dat eten een zwakte is.

Patiënten met een eetstoornis dienen met behulp van gedragstherapie te leren hun eigen lichaam weer te accepteren en de enorme discipline te doorbreken en zichzelf en hun lichaam weer te laten eten. Dit kan bijvoorbeeld door met de patiënt via zogenaamde contingente contracten af ​​te spreken dat hij of zij een bepaald aantal calorieën per dag of dat als de patiënt onder een bepaald gewicht komt, hij of zij zichzelf moet opnemen in een kliniek. Deze vorm van gedragstherapie bij eetstoornissen is zeer behulpzaam en kan ervoor zorgen dat de patiënt op basis van de gemaakte afspraak aanvankelijk wellicht met weerstand, maar op den duur steeds natuurlijker een minimale hoeveelheid binnenkrijgt. calorieën en komt zo langzaam uit de eetstoornis. Een andere mogelijkheid is om rollenspel, dat ook een vorm van gedragstherapie bij eetstoornissen kan zijn, te gebruiken om de patiënt duidelijk te maken dat niet alleen hij of zij lijdt aan de ziekte, maar dat zijn of haar hele sociale omgeving ook wordt aangetast en dat professionele kansen ook zeer beperkt zijn vanwege de ziekte.

Ontspanning training is ook een vorm van gedragstherapie die eetstoornissen zeer effectief kan behandelen, aangezien patiënten kunnen leren hun eigen lichaam beter waar te nemen en hun eigen grenzen beter te begrijpen door middel van verschillende spieroefeningen, wat vaak erg moeilijk is, vooral voor patiënten met anorexia. Euthyme Therapy is ook een vorm van gedragstherapie voor eetstoornissen en andere aandoeningen die de patiënt kunnen helpen weer plezier te beleven aan eten en de geur van eten. Samen koken kan in deze context bijzonder nuttig zijn.

Zelfverwoordingstraining kan ook erg nuttig zijn. Bij deze vorm van gedragstherapie leert de patiënt andere mensen te vertellen dat hij of zij op dit moment een eetstoornis heeft en dat hij of zij zich daar bijvoorbeeld ongemakkelijk bij voelt en dat het beter zou zijn als de familie samen iets kookt. Deze vorm van gedragstherapie bij eetstoornissen is niet alleen nuttig voor de patiënt, maar kan ook het hele gezin helpen de patiënt beter te begrijpen en zich correct te gedragen. Al met al is gedragstherapie bij eetstoornissen erg goed en nuttig, waarbij elke patiënt zelf dient te beslissen welke vorm van gedragstherapie het beste bij hem / haar past.