Is contrastmiddel nodig voor een MRI van het sacro-iliacale gewricht? | MRI van het sacro-iliacale gewricht

Is contrastmiddel nodig voor een MRI van het sacro-iliacale gewricht?

Voor een MRI van de ISG is toediening van contrastmiddel meestal niet nodig. Contrastmedium wordt met name gebruikt wanneer het onderzoek is geïndiceerd voor het afbeelden van zacht weefsel. Het contrastmiddel hoopt zich op in organen en spieren en kan daarom helpen bij de diagnose. De toediening van contrastmiddel brengt echter ook risico's met zich mee, aangezien het kan leiden tot allergieën en nier schade. Als de ISG alleen wordt weergegeven, is geen contrastmiddel vereist, aangezien dit voornamelijk de botten en gewrichtsoppervlakken die worden onderzocht.

Duur van het MRI-onderzoek van het sacro-iliacale gewricht

De duur van een MRI-onderzoek bij de ISG is meestal ongeveer 15-25 minuten. Het hangt ervan af wat er moet worden onderzocht. Daarnaast is er de voorbereidingstijd, namelijk het uitkleden van de patiënten, de positionering en de evaluatie van de beelden. In totaal moet er minimaal één uur worden gepland voor een MRI-afspraak.

Moet ik mijn hoofd in de buis steken?

Tijdens een MRI-onderzoek bij de ISG hoeft u uw hoofd in de buis. Dit hangt echter af van de grootte van de patiënt. De patiënt wordt eerst op de bank in de MRI-buisvoeten verplaatst totdat zijn volledige bekken in de buis zit.

Evaluatie van een MRT-onderzoek van het sacro-iliacale gewricht

In de meeste gevallen wordt de evaluatie uitgevoerd door een ervaren radioloog. Tijdens de evaluatie worden alle doorsnedebeelden in 3 vlakken op de computer bekeken. Door de verschillende vlakken kan een mogelijke wijziging van de ISG exact worden gelokaliseerd.

Bij de ISG beoordeelt de arts het gewrichtsoppervlak en de botstof. Is er bijvoorbeeld een vernauwing van de gewrichtsruimte? Zijn er cysten zichtbaar? Bovendien wordt altijd naar het hele plaatje gekeken, dwz aangrenzende structuren die niets met de diagnose te maken hebben, worden ook beoordeeld. Als een patiënt in het verleden al een MRI heeft gehad, wordt de huidige vergeleken met de patiënt en worden mogelijke veranderingen genoteerd.