Bijbehorende symptomen | Pijn in de buitenste bovenarm

Bijbehorende symptomen

Pijn in de buitenste bovenarm manifesteert zich zelden als het enige symptoom. Veel vaker is de pijn komt voor in combinatie met andere klachten afhankelijk van de oorzaak. Spierschade in de vorm van spierscheuren resulteert meestal in blauwe plekken en zwellingen.

Daarnaast wordt de pijn is in dergelijke gevallen bewegingsafhankelijk. Afhankelijk van de ernst van het letsel kan dit resulteren in bewegingsbeperkingen of invaliditeit voor de getroffenen, wat op zijn beurt leidt tot alledaagse problemen zoals aankleden. Wanneer een slijmbeurs in het schoudergebied ontstoken raakt en pijn straalt in de bovenarm, de hele schoudergewricht wordt meestal gezwollen en oververhit.

Als, aan de andere kant, de pijn in de bovenarm is gebaseerd op schade aan zenuwweefsel, bijvoorbeeld bij een ontsteking van de zenuwen, klagen de getroffenen ook over sensaties in de vorm van een tintelend gevoel. Als het ernstige klinische beeld van gordelroos is verantwoordelijk voor de pijn, koorts, vermoeidheid en een huiduitslag met gegroepeerde blaren zijn typische begeleidende symptomen. In het geval van fracturen van de bovenarm, begeleidend onzeker of zeker breuk tekenen kunnen zich ontwikkelen.

  • Onzekere symptomen zijn onder meer de reeds genoemde pijn, zwelling, blauwe plekken en bewegingsbeperkingen.
  • Veilige tekenen zijn abnormale beweeglijkheid van de bovenarm, zichtbare stukjes bot in een open breuk, crepitaties, dwz wrijvingsgeluiden en een duidelijke verkeerde positie van de bovenarm. Over het algemeen zijn de bijbehorende symptomen dus individueel en afhankelijk van de oorzaak van de pijn.

Diagnose

Verdere diagnostiek voor pijn in de buitenste bovenarm is erg belangrijk, omdat verschillende oorzaken verantwoordelijk kunnen zijn voor de pijn. Allereerst dient een gedetailleerd arts-patiënt-consult plaats te vinden om informatie te verkrijgen over mogelijke valpartijen, eerdere ziekten of letselmechanismen en zo de diagnose enigszins te kunnen beperken. Dit wordt gevolgd door een grondig klinisch onderzoek van de bovenarm.

Hier wordt de patiënt getest op drukpijn en mobiliteit. Daarnaast worden een aantal speciale tests uitgevoerd om de functionaliteit van elke spier van de bovenarm en schouder te onderzoeken. Hier is bijvoorbeeld het vermoeden van een gescheurde spier kan al worden uitgehard.

Om een breuk van de bovenarm, onderzoekt de arts tijdens het klinisch onderzoek ook op tekenen van breuken. Als het vermoeden wordt bevestigd, wordt een Röntgenstraal kan daarna worden ingenomen. Om zacht weefsel zoals spieren, gezichtsvermogen of bursae te beoordelen, kan een ultrageluid kan allereerst worden uitgevoerd.

In het specifieke geval van bursitis, een prik om de synoviale vloeistof zal uitwijzen of de ontsteking het gevolg is van een bacteriële infectie. In de meeste gevallen is het al mogelijk om de oorzaak van de pijn vast te stellen. Zeer zelden kan het nodig zijn om meer gedetailleerd onderzoek uit te voeren, zoals een CT- of MRI-scan.