Algemene maatregelen
- De arm moet worden gespaard, dwz pijn-inducerend ontvoering (bewegende lichaamsdelen weg van de lichaamsas) en draaibewegingen moeten worden vermeden. Sparen betekent echter niet immobiliseren! Dit zou kunnen leiden tot verstijving van de schouder (schoudercontractuur).
- Lokale koude kompressen voor pijnverlichting
Conventionele niet-chirurgische therapiemethoden
- Anesthesiemobilisatie: gedwongen afgifte van de gezamenlijke capsule voor anesthesie Let op: de resultaten van anesthetische manipulatie op lange termijn zijn niet erg goed!
Medische hulpmiddelen
- Passieve bewegingsspalk (CPM-spalk; continue passieve beweging) voor passieve (motorisch aangedreven) beweging van de schouder; minder pijn vergeleken met fysiotherapie
Fysiotherapie (inclusief fysiotherapie)
Fysiotherapie is nodig om de beweeglijkheid van de schouder te herstellen. Met de volgende punten moet rekening worden gehouden:
- Fysiotherapie moet worden uitgevoerd met manuele therapie en isometrische versterkingsoefeningen.
- Passende oefeningen zijn: Oefeningen met axiale tractie (tractie in fysiotherapie is het gerichte, therapeutisch gemotiveerde “trekken” aan een lichaamsdeel): bv. slingeroefeningen van de hangende arm.
- Fysiotherapie moet over een langere periode worden uitgevoerd
Begeleidende fysieke therapieën zoals elektrotherapie en echografie kunnen worden gebruikt.