Wat zijn de stadia van verdriet? | De verschillende fasen van verdriet

Wat zijn de stadia van verdriet?

Rouwfasen worden op verschillende manieren gedefinieerd, waardoor het niet mogelijk is om een ​​algemene definitie te geven van welke fasen er zijn. In het algemeen moet ook worden opgemerkt dat faseverdelingen van rouw modellen zijn die zijn ontworpen op basis van verschillende opvattingen, criteria en standpunten. Ondanks een aanspraak op objectiviteit, blijven dergelijke modellen altijd tot op zekere hoogte subjectief en zijn ze niet algemeen toepasbaar op iedereen.

Ze zijn echter geschikt als grove gids om het verloop van rouw te begrijpen. In de meeste gevallen worden fasen beschreven die na elkaar of soms parallel worden doorlopen. Vaak is er een fase van schokken of niet-bewust zijn aan het begin van de rouw.

Dan volgt vaak een fase waarin het verdriet emotioneel zeer sterk wordt ervaren. Een mogelijke aanduiding is "emotionele fase". Verschillende auteurs hebben de fase van emoties vereenvoudigd en vaak beschreven als de fase van woede.

Maar ook andere emoties zoals wanhoop, hulpeloosheid en dergelijke zijn mogelijk. Afhankelijk van het model zijn echter ook andere fasen mogelijk. Meestal wordt de fase van uitbundige emoties gevolgd door een fase van dieper onderzoek van de rouwervaring.

Ten slotte is er een fase van acceptatie, die meestal volgt op de verwerking van de ervaring. Dit betekent echter niet dat er geen verdriet meer wordt ervaren. In 1969 werd de psychiater Elisabeth Kübler-Ross beschreef een gefaseerd model voor het omgaan met sterven.

In engere zin verwijst het model naar de fasen die een stervende persoon doormaakt tot de dood plaatsvindt. Het kan echter ook worden toegepast op de manier waarop rouwenden omgaan met de dood van een dierbare of naaste persoon. Het model laat bepaalde individuele variaties toe in het doorlopen van de fasen, zowel qua volgorde als qua intensiteit van de fasen.

Het is bijvoorbeeld mogelijk dat fasen meerdere keren worden doorlopen of dat ze parallel voorkomen. Het model naar Kübler-Ross diende ook als inspiratie en model voor latere modellen, hoewel het - net als zijn opvolgers - ook van veel kanten sterke kritiek krijgt. Een rigide fasemodel lijkt bijvoorbeeld niet te voldoen aan de eis om individueel ervaren verdriet realistisch weer te geven. Hierna worden de fasen volgens Kübler-Ross gedifferentieerd en gepresenteerd: 1. ontkenning - fase van verdediging en niet-zijn bewuste wil: De stervende ontkent eerst de aanstaande dood.

Hij of zij beschuldigt de arts bijvoorbeeld van een valse diagnose of beweert dat de resultaten van zijn of haar onderzoek door elkaar gehaald moeten zijn. Ook familieleden of vrienden maken deze fase vaak door, omdat ze het op handen zijnde overlijden van de naaste niet willen erkennen. 2 Woede - Fase van woede, toorn en protest: In deze fase voelt de stervende woede en woede over de naderende dood.

Hij projecteert zijn woede vaak op familieleden die zijn lot niet hoeven te ondergaan. Afgunst van de overlevenden speelt in deze fase vaak een belangrijke rol. De familieleden kunnen deze fase ook doormaken en woede ontwikkelen.

De stervende wordt nog steeds geplaagd door de angst om vergeten te worden als hij of zij niet meer in leven is. 3e onderhandelingsfase: in deze fase, die nogal vluchtig en van korte duur is, probeert de stervende zijn of haar overlijden uit te stellen. Hij onderhandelt met zijn doktoren of in het geheim met God.

Deze onderhandelingen volgen soms kinderlijke gedragspatronen, waarbij kinderen met hun ouders onderhandelen om beloningen te ontvangen. In ruil daarvoor worden bijvoorbeeld huishoudelijke taken aangeboden. Het is vergelijkbaar in deze fase met de stervende.

Hij of zij biedt bijvoorbeeld berouw aan voor zonden, belooft het goed te maken en dergelijke, en hoopt beloond te worden met een langer leven of vrijheid van pijn. 4. Depressie en verdriet - fase van verdriet: In deze fase ervaart de stervende verdriet met betrekking tot verschillende dingen. Het verdriet kan worden ervaren als een reactie op dingen die al gebeurd zijn.

Dit kunnen bijvoorbeeld reeds ervaren verliezen zijn, zoals een amputatie tijdens therapie, of het verlies van sociale rol in de structuur van het gezin. Verder kan er ook verdriet ontstaan ​​met betrekking tot dingen die nog komen gaan. Vragen als 'Hoe kunnen mijn kinderen het zonder mij redden' of 'Wat zullen mijn familieleden zonder mij doen?'

pest de stervende persoon. 5e Acceptatiefase: In deze fase accepteert de stervende zijn of haar aanstaande dood en vindt hij vrede. Hij stopt met vechten en kijkt terug op zijn vorige leven.