Schouder hoekverbinding

Synoniem

Acromioclaviculair gewricht, Articulatio acromioclaviculare, AC-gewricht

Definitie

Het acromioclaviculaire gewricht is een van de in totaal vijf gewrichten in het schoudergebied dient het voornamelijk om de schouder te stabiliseren.

Anatomie

Het AC-gewricht is het gewricht tussen de twee. Meestal zit er een kleine tussenliggende schijf, een discus, tussen de twee, deze bestaat uit vezelig kraakbeen en is bedoeld om slijtage van de twee uiteinden van het bot als gevolg van spanning te voorkomen. Deze discus is onderhevig aan een min of meer natuurlijke degeneratie, zodat met de leeftijd op het röntgenbeeld vaak een

  • Het buitenste deel van het sleutelbeen en
  • Een benig uitsteeksel aan de bovenkant van de schouderblad, de zogenoemde acromion.
  • Kleinere voegopening door a
  • Bijna volledig "opgebruikt" discus is te zien.

Vaak levert dit voor de betrokkene echter geen klachten op.

Het AC-gewricht is een plat gewricht, dus er is geen gewrichtsholte rond het gewricht hoofd en beveiligt het zo. Daarom moet het gewricht worden beveiligd door sterke ligamenten, wat leidt tot een vrij lage bewegingsgraad. Drie ligamenten zorgen voor de samenhang van het gewricht.

  • Het ligamentum acromioclaviculare strekt zich uit van de acromion naar het laterale sleutelbeen.
  • Het Ligamentum coracoacromiale beweegt van een verlenging van de scapula, die qua uiterlijk lijkt op de snavel van een raaf en daarom Processus coracoideus wordt genoemd, naar de acromion.
  • Het Ligamentum coracoclaviculare beweegt van de processus coracoideus naar de sleutelbeen, het begint hier verder naar binnen dan het Ligamentum acromioclaviculare.
  • Het Ligamentum coracoclaviculare bestaat uit twee delen, het Ligamentum trapezoideum, dat verder naar buiten loopt (lateraal) en het Ligamentum conoideum.

Functie

Het AC-gewricht is betrokken bij de beweging van de schoudergewricht, maar heeft hier geen autonome functie. Een functiestoornis van het gewricht kenmerkt zich dus niet door een verminderde beweeglijkheid, maar eerder door instabiliteit van de schouder.