Spermiogram: onderzoek naar kinderloosheid

Vanaf het begin moeten beide partners bij het gesprek en het diagnostische proces worden betrokken. Een geschiedenis opnemen en medische geschiedenis maken hier onderdeel van uit, evenals een initieel algemeen onderzoek.

  • Bij de vrouw worden verschillende methoden gebruikt om te controleren of ze ovuleert en of de eileiders zijn duidelijk. Dit gebeurt door middel van contrastmiddel en ultrageluid, soms een laparoscopie is ook nodig.
  • Bij mannen is verminderde vruchtbaarheid meestal te wijten aan veranderingen in de sperma​ Daarom is het vaak voldoende dat hij een monster van zijn sperma geeft, dat hij na ongeveer drie tot vijf dagen seksueel onthouding door middel van masturbatie verkrijgt. Het sperma wordt meestal ongestoord verzameld in afgeschermde ruimtes van de praktijk. Het monster kan ook thuis worden afgehaald en zo snel mogelijk naar het laboratorium worden gebracht. Voorwaarde hiervoor is echter dat de man vooraf door de arts precies is uitgelegd over extractie en opslag.

Wat gebeurt er met het spermastaal?

Van het ejaculaat wordt in het laboratorium zo snel mogelijk een zogenaamd spermiogram​ Geverifieerd zijn:

  • Kleur,
  • Geur,
  • Volume,
  • PH van het sperma,
  • Het suikergehalte (fructose-index),
  • Zijn viscositeit (viscositeit).
  • Onder de microscoop, de mobiliteit, het aantal en de vorm van de sperma worden vervolgens beoordeeld.

In een normale volume van 2-6 ml zou in totaal minstens 40 miljoen moeten zijn, per milliliter 20 miljoen sperma spartelen. Hiervan moet meer dan 65% normaal van vorm en beweging zijn, waarvan minstens 25% duidelijk moet zijn. Als alle of een deel van deze waarden abnormaal worden gewijzigd, is het vermogen om zwanger te worden verminderd en in zeldzame gevallen niet aanwezig.

Wat gebeurt er als het spermiogram wordt gewijzigd?

Als het resultaat niet normaal is, moet ten minste een tweede onderzoek worden uitgevoerd met tussenpozen van een maand, aangezien de waarden sterk kunnen variëren van monster tot monster.

Als er opnieuw weinig of weinig actief sperma wordt getoond, is aanvullend onderzoek nodig. Naast een ultrageluid van de testikels en prostaat, die door een tumor veroorzaakte weefselveranderingen kunnen onthullen, worden bijvoorbeeld hormoontesten uitgevoerd. Weefselmonsters onder plaatselijke verdoving worden alleen ingenomen als er extreem weinig sperma wordt aangetroffen in de spermiogram​ Hierdoor kan worden gecontroleerd of er überhaupt zaadcellen worden aangemaakt. EEN bloed er kan een monster worden genomen om genetische afwijkingen op te sporen. Dit wordt vooral eerder aanbevolen kunstmatige bevruchting (in beide partners).

Wat gebeurt er nu?

In de meeste gevallen wordt de oorzaak gevonden en de onvruchtbaarheid kan dus medisch gericht worden. Het spectrum varieert van een succesvolle hormoonbehandeling van de vrouw tot - in het geval van een arme spermiogram - van de man tot kunstmatige bevruchting met helaas een lager slagingspercentage en een hoger complicatiepercentage. Deskundigen schatten dat - inclusief alle maatregelen - bij ongeveer 60-70% van de aanvankelijk onvruchtbare stellen wordt de kinderwens toch vervuld met medische ondersteuning en gerichte behandeling. Gemiddeld hebben ze ongeveer een jaar geduld en doorzettingsvermogen nodig om dat te doen.