Interesse: functie, taak en ziekten

Een interesse is gebaseerd op cognitief sterke betrokkenheid bij en emotioneel positieve evaluatie van bepaalde activiteiten, objecten of mensen. Interesses werken samen met aandacht en worden beheerst in de hersenen, voornamelijk door de frontale hersenen en limbisch systeem​ Bij apathie is er geen interesse meer in de buitenwereld.

Wat is rente?

Interesse bepaalt de aandacht van een persoon. Het komt overeen met de cognitieve sympathie die aan een ding of een persoon wordt gegeven. Rente bepaalt de aandacht van een persoon. Het komt overeen met de cognitieve sympathie die aan een ding of persoon wordt gegeven. Het niveau van sympathie correleert met de sterkte van belang. Desinteresse kan toenemen tot het punt van pathologische apathie. In de psychologie is interesse een multidimensionaal construct. Belangen worden gedefinieerd in termen van concrete objecten, als kennisdomeinen of in specifieke klassen van activiteiten. De mate van interesse in een bepaald ding of een andere persoon wordt op zijn beurt bepaald door de respectieve subjectieve waardering in het individuele geval. Deze positieve waardering is meestal gerelateerd aan de intensiteit van positieve emotioneel ervaren staten in verband met een bepaalde persoon, activiteit of object. Voor onderwijspsychologie is interesse het resultaat van een motiverende emotionele en cognitieve verbinding tussen een bepaalde persoon en een object, activiteit of een andere persoon. De interesse om nieuwe dingen te leren kennen en voor veel dingen open te staan ​​kan daarin worden gestimuleerd jeugd​ Als de ouders het kind veel ervaringen laten opdoen, heeft het kind gemiddeld meer interesse om diverse ervaringen te blijven opdoen. Bij de vorming van belangen zijn specifiek de menselijke cognitieve vermogens betrokken, die neurofysiologisch voornamelijk in het frontale gebied zijn gelokaliseerd hersenen en hebben bovendien voornamelijk invloed op de hersengebieden voor emoties en emotionele verwerking.

Functie en taak

Elke interesse heeft een sterke emotionele lading voor het individu. Deze emotionele connotatie is overwegend positief en wordt dus geassocieerd met positieve ervaringen op basis van persoonlijke ervaring. Interesse speelt ook een rol bij het willekeurige deel van aandachtstoewijzing en bij automatische waarnemingspatronen. De menselijke waarneming is selectief. Het benadrukt bepaalde prikkels uit de omgeving en verzwakt of filtert andere zelfs weg. Tot de belangrijkste perceptuele filters behoren de emotionele connectie en interesses van een persoon. Deze filters worden gebruikt om te beslissen welke van de inkomende stimuli zelfs relevant genoeg zijn om te verwerken voordat ze worden verwerkt. Om deze reden komt bijvoorbeeld zelfs de kleinste kever het bewustzijn binnen van mensen met een grote interesse in dieren. Mensen met een minder uitgesproken interesse in dieren zouden deze kever wel zien, maar niet bewust waarnemen vanwege de automatische filterfunctie van de waarneming. Vanuit neurowetenschappelijk oogpunt spelen met hen genetwerkte interesses en aandacht dus een centrale rol in het werk van de centrale. zenuwstelsel​ Wat het ego en in het bijzonder de menselijke cognitie vormt, bevindt zich neurofysiologisch voornamelijk in het frontale hersenen​ Bovendien is de formatio reticularis in de hersenstam en thalamus spelen een rol bij interesse en aandacht. De rechter hersenhelft regelt ook de algemene alertheid. De linker hersenhelft presteert specifiek concentratie taken zoals ze zich voordoen in verband met een bepaald belang. De limbisch systeem is het "gevoelsysteem" waarvan de amygdala-kernen een cruciale rol spelen bij emotionele evaluatie en dus ook relevant zijn voor belangen. Belangen komen voornamelijk voort uit uitvoerende functies die overeenkomen met mentale processen van hogere orde. Deze omvatten bijvoorbeeld het vrijwillig richten van de aandacht, zoals primair gecontroleerd in de frontale hersenen. De frontale hersenen hebben op hun beurt een nauwe verbinding met alle andere hersenregio's. Omdat persoonlijkheid zich ook in dit deel van de hersenen bevindt, kunnen hier op basis van karakter bepaalde interesses ontstaan. De limbisch systeem als het emotionele centrum en het spiegelneuronsysteem als basis van empathie naar andere mensen hier ook aan bijdragen. hetzelfde geldt voor motiverende neurotransmitters die het beloningssysteem van het lichaam activeren en de hippocampus, dat actief is als nieuwigheidsdetector en zo bijvoorbeeld evalueert wat überhaupt interessant is. De psychologie maakt onderscheid tussen situationeel nieuw opkomende interesse na de situationele ontvangst van een stimulus en geactualiseerde interesse, die wordt gewekt door een reeds individueel bestaande interesse. Permanente en constante interesses van een persoon kunnen worden verklaard door verschillende psychologische interesse-modellen. Een bekend model is het Nederlandse RIASEC-model.

Ziekte en ongemak

Interesses zijn grotendeels gebaseerd op de prikkelbaarheid van aandacht en de emotionele betrokkenheid en evaluatief vermogen van situaties. Dit alles gebeurt op basis van de opgeslagen ervaringen van de persoon. Apathie in de medische praktijk beschrijft een algemene apathie, een gebrek aan prikkelbaarheid en een ongevoeligheid voor prikkels uit de externe omgeving. Apathie kan een gevolg zijn van verschillende neurologische aandoeningen. Geavanceerd dementie in het bijzonder manifesteert zich in toenemende apathie. Voor Alzheimer ziekte, de prevalentie van apathie is ongeveer 60 procent. Vasculair dementie wordt in meer dan 70 procent van de gevallen zelfs geassocieerd met apathie. Frontotemporaal dementie zorgt ervoor dat de frontale hersenen zijn functie verliezen. Om deze reden wordt dit type dementie in meer dan 90 procent van alle gevallen geassocieerd met apathie. Bovendien kan apathie ook symptomatisch karakteriseren geestesziekte. in Depressievoelt de patiënt de omgeving nauwelijks meer. Als er zo'n ongevoeligheid is voor externe prikkels, kunnen er geen belangen meer zijn. Dit komt omdat een van de basiselementen van interesses emotionele positieve evaluatie is. Fysieke oorzaken voor een dergelijke verbinding kunnen hersenletsel, ontstekingen, degeneraties of in extreme gevallen tumoren in het limbisch systeem zijn. Ook wanneer de projectieroutes van het limbisch systeem niet langer functioneel zijn, neemt de interesse in de buitenwereld en het algemene vermogen om belangen te vormen af. Hetzelfde geldt voor het frontale hersensyndroom, zoals kan voorkomen in de context van verschillende infectieziekten​ Apathie kan symptomatisch worden geassocieerd met verlies van eetlustneerslachtigheid en slaperigheid of veranderingen in karakter en oordeel.