Spraakstoornissen

Definitie

Als kinderen geen normale spraak en taal kunnen ontwikkelen, kan dit leiden tot latere stoornissen. Naast een vertraagde spraakontwikkeling kunnen spraak- en taalstoornissen zich uiten in stamelen, gerommel en stotteren. Om de spraakontwikkeling te kunnen beoordelen, kinderartsen, oor, neus- en keelartsen, psychologen, pedagogen en logopedisten oriënteren zich op stadia van spraakontwikkeling die uit ervaring zijn ontstaan.

Taal ontwikkeling

Taal is een belangrijk communicatiemiddel voor ons mensen. Een normale taalontwikkeling begint ongeveer in de tweede levensmaand met "gebabbel" en wordt voltooid op de leeftijd van zeven jaar met een voltooide taalverwerving. Woordenschat, stijl, uitspraak en zinslengte worden op natuurlijke wijze uitgebreid en verfijnd naarmate het kind ouder wordt.

De tafel geeft een oriënterend overzicht van de taalontwikkeling van de kinderen. Het is het resultaat van jarenlange observatie. Afwijkingen zijn individueel verschillend en vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs een afwijking!

  • Vanaf de 2e maand: gebabbel = eerste klinkers, schreeuwende geluiden
  • Vanaf de 8e maand: herhalende pogingen en enig begrip
  • Vanaf 1e jaar: eerste woorden
  • Met 1,5 jaar: zinnen van twee woorden "da Mama"
  • Met 3 jaar: zinnen met meerdere woorden “ga vandaag naar oma
  • Vanaf 4 jaar: grammaticaal correcte zinnen, uitspraak soms nog niet correct
  • Met 7 jaar: taalverwerving voltooid, volwassenheid basisschool

Normale spraakontwikkeling vereist een functionerend systeem van meerdere organen. Gezichtsspieren, tong, kaak en tanden, strottehoofd en stembanden, hersenen, ademhaling en buikspieren moeten op een gecoördineerde manier samenwerken om een ​​normale spraakontwikkeling te garanderen. Als er schade is in een van deze organen (bijv. Macroglossie = te groot a tong; paraplegie in spina bifida), kan de spraakontwikkeling moeilijk en vertraagd zijn. Door de vele oorzaken van vertraagde of onjuiste spraakontwikkeling zijn er verschillende specialisten betrokken bij het zoeken naar de oorzaak (etiologie). Dit zijn vooral kinderartsen, kinder- en jeugdpsychiaters, KNO-specialisten, neurologen en logopedisten (logopedisten).