Cinnamon Tree

Kaneel komt oorspronkelijk uit India en Sri Lanka, voorheen Ceylon, waar ook de naam vandaan komt. In aanvulling op, kaneel komt ook voor in andere Zuid- en Zuidoost-Aziatische landen en wordt daar ook verbouwd. Kaneel schors wordt voornamelijk geïmporteerd uit Sri Lanka, Maleisië, Madagaskar en de Seychellen.

Kaneel in de kruidengeneeskunde

Voor medicinaal gebruik worden de bast van jongere twijgen of scheuten (Cinnamomi cortex) en de etherische olie gewonnen uit de bast (Cinnamomi aetheroleum) gebruikt.

Kaneelboom en zijn kenmerken

De kaneelboom is een groenblijvende boom met dicht gebladerte die tot 10 m hoog wordt en in cultuur meestal als struik wordt gehouden. De grote tegenoverliggende bladeren van de kaneelboom zijn ongedeeld, ovaal-spits en hebben gebogen hoofdaders. Wanneer geplet, de bladeren geur als teentje.

De boom draagt ​​ook onopvallende bloemen gerangschikt in losse pluimen, die groeien tot ongeveer 1.5 cm groot, en eivormige, donkerpaarse vruchten.

Kaneelschors als medicijn

De schors wordt verkregen uit de 2-3 cm lange takken van bomen die ongeveer 6 jaar oud zijn, of uit de wortelscheuten van oudere bomen die ongeveer 2 jaar oud zijn.

Voor de productie van medicijnen worden de stukjes schors van de buitenste delen bevrijd en gedroogd. Hierdoor ontstaan ​​stukjes schors van ongeveer 0.2-0.7 mm dik in de vorm van halve buisjes, die aan de buitenkant lichtbruin en aan de binnenkant wat donkerder zijn. Het oppervlak vertoont strepen in de lengterichting.

Hoe ruikt en smaakt kaneel?

Kaneel heeft een zeer karakteristieke, aangenaam aromatische geur. De smaak van kaneel is lichtzoet, maar tegelijkertijd erg pittig en ietwat zuur.