Ischium: structuur, functie en ziekten

De zitbeen staat bekend als een deel van het benige bekken dat bestaat uit het zitbeenlichaam en twee zitbeentakken. De zitbeen biedt een bevestigingspunt voor veel spieren en pezen​ Om deze reden wordt het naast fracturen soms ook aangetast door pees- en spieraandoeningen.

Wat is het zitbeen?

De zitbeen van de meeste zoogdieren komt eigenlijk overeen met twee zitbeenderen botten, die samen de bekkensymphysis vormen en bijdragen aan de fibrocartilagineuze verbinding van de bekkenhelften. Bij mensen is het zitbeen ook een onderdeel van het benige bekken en een van de vele plat botten van het lichaam. In het menselijk organisme bestaat het zitbeen uit het corpus ossi ischii, de ramus superior ossis ischii en de ramus interferior ossis ischii. Het lichaam van de os ischii maakt deel uit van het achterste deel van het acetabulum en draagt ​​het caudale deel van de incisura ischiadica major, de platte benige ruggengraat van de spina ischiadica en de incisura ischiadica minor aan de achterste rand (margo posterior). De anatomie van het zitbeen van de mens komt niet noodzakelijk overeen met de ischiale anatomie van andere zoogdieren. Bij viervoeters bijvoorbeeld, wijst de spina ischiadica naar boven en heeft een liesvorm. Bij viervoeters maakt het nog steeds deel uit van het darmbeen. Gemeenschappelijk voor het zitbeen van de meeste soorten is de caudale vereniging van het zitbeenlichaam en de takken om de zitbeenplaat te vormen (tabula ossis ischii).

Anatomie en structuur

Plaat botten (ossa plana) zijn bladachtige botten van geringe dikte. Uiterlijk zijn ze samengesteld uit compacte botstof. Intern zijn ze samengesteld uit sponsachtige botstof die draagt beenmerg in zijn tussenruimten. Het benige bekken (osi ischii) van mensen bevat zulke platte botten. Het vormt de boogvormige ondergrens van het zogenaamde verstopte heupgat (foramen obturatum). Bij de zitbeenknobbels (tuber ischiadicum) is het benige bekken naar beneden verdikt. De zitbeenknobbels zijn een spieroorsprong en een belangrijk zitpunt. Het wordt bedekt door dikke kussentjes. Boven de zitbeenknobbels ligt de zitbeenwervelkolom (spina ischiadica). Het verdeelt zich in de bekkenlijn om de incisura ischiadica major of de grote zitbeenknobbels en de incisura ischiadica minor of kleine zitbeenknobbels te vormen. Samen met het darmbeen en het schaambeen vormt het zitbeen de coxae. De Os ischii is een enkel lichaam met bovenste en onderste zitbeentakken. Sommige auteurs definiëren de twee takken als slechts één zitbeentak. Een verscheidenheid aan spieren hechten zich vast aan het menselijk zitbeen.

Functie en taken

Plaatbeenderen worden meestal gebruikt voor mechanische bescherming van interne organen en bieden door hun vlakke vorm ruimte voor de aanhechting van skeletspieren. De functie van het menselijke ischium is, naast spieraanhechting, voornamelijk om het benige bekken te stabiliseren. De superieure zitbeentak, samen met de superieure schaamstreek, vormt een schedelgrens voor het foramen obturatum. Deze structuur heeft drie verschillende kanten: de zogenaamde facies externa, facies interna en facies posterior. De facies externa is vierhoekig en draagt ​​de pees van de obturatorius externus spier in een sulcus aan het bovenste uiteinde. Aan de onderkant wordt het de ramus inferieur, wat zorgt voor stabiliteit. De voorste rand van deze structuren is het foramen obturatum. Een prominente benige rand scheidt de structuur van de facies posterior. Nabij de rand vindt de spier quadratus femoris zijn oorsprong. Naar de voorkant toe liggen vezels van de obturatorius externus-spier, en naar de onderkant toe ontstaat de adductor magnus-spier. De facies interna vormt een botwandgedeelte van het kleine bekken op de superieure zitbeentak. Aan een scherpe benige rand aan het onderste uiteinde is de sikkelvormige verlenging van het ligamentum sacrotuberale te zien. De transversus perinei superficialis-spier en de ischiocavernosus-spier komen daar ook uit het zitbeen voort. De ramus inferior ossis ischii gaat is een afgeplat bot van de ramus superior. Samen met de ramus inferior ossis pubis vormt het de caudale rand van het foramen obturatum. De ongelijke facies externa is de oorsprong van de musculus obturatorius externus en gedeeltelijk van de musculus adductor magnus. De facies interna vormen daarentegen een voorwandgedeelte van het kleine bekken. De buitenrand van deze structuur is de oorsprong van de oppervlakkige perineale fascia (fascia perinei superficialis). Aan de binnenrand van de structuur is de interne fascia van het urogenitale diafragma bevestigd. Tussen hen vindt de transversus perinei profundus-spier zijn oorsprong.

Ziekten

Net als elk ander bot in het lichaam, kan het zitbeen worden aangetast door breuken. EEN breuk komt overeen met het volledig doorsnijden van een bot door directe of indirecte kracht. Iliacale fracturen zijn primaire of secundaire fracturen. Bij primaire fracturen zijn de botfragmenten niet meer dan een millimeter van elkaar verwijderd. Secundaire fracturen hebben een breuk tussenruimte groter dan een millimeter. Een zitbeen breuk wordt meestal voorafgegaan door valpartijen of andere ongevallen. EEN 피로 breuk van het zitbeen is ook niet ongebruikelijk na extreme spanning​ Omdat de anatomische structuur van het zitbeen een aanhechting biedt voor een groot aantal pezen en spieren, echter spier- en peesgerelateerd pijn is de hoofdoorzaak van zitbeenklachten. Tendinitis van het zitbeen pezenis bijvoorbeeld gebruikelijk. Dit gebeurt meestal als gevolg van wrijving, infectie of overbelasting en manifesteert zich aanvankelijk slechts in een licht ongemak. Daardoor wordt peesontsteking vaak extreem laat opgemerkt en wordt dan al gekenmerkt door krakende verkalkingen die de behandeling veel moeilijker maken. Gescheurde spier vezels komen veel minder vaak voor met betrekking tot het zitbeen dan verrekkingen of spiercontusies. Spierontsteking van het ischium is ook vrij zeldzaam, maar mag niet volledig worden genegeerd.