Hyperthyreoïdie (overactieve schildklier): diagnostische tests

Verplicht diagnostiek van medische apparatuur.

  • Schildklier-echografie (echografisch onderzoek van de schildklier) - als een basisonderzoek om de grootte van de schildklier en eventuele weefselonregelmatigheden, zoals knobbeltjes, te bepalen

optioneel diagnostiek van medische apparatuur - afhankelijk van de resultaten van de geschiedenis, fysiek onderzoek, laboratorium diagnostiek en verplicht diagnostiek van medische apparatuur - voor differentiële diagnostische verduidelijking.

  • Doppler-echografie (ultrageluid onderzoek dat de vloeistofstroom dynamisch kan visualiseren (vooral bloed flow)) - om te onderscheiden amiodarongeïnduceerd hyperthyreoïdie (AIH) type I vanaf type II.
  • Schildklierscintigrafie (beeldvorming van de schildklier en zijn functie met behulp van radioactieve stoffen) - om de activiteit van de schildklier te schatten of bij vermoedelijke gevallen van
    • Maligniteit van de schildklier (schildklier kanker) in aanwezigheid van een definieerbare focale bevinding.
    • Autonomie van de schildklier in aanwezigheid van hyperthyreoïdie [toegenomen accumulerend (= hyperfunctioneel = "warm of heet") schildklierknobbeltje]
    • Onduidelijke chronische lymfatische thyroiditis (Hashimoto's thyreoïditis) thyroïditis).
  • Fijne naald biopsie (echografisch geleide weefselafname) - voor afwijkingen in schildklierscintigrafie of echografie.
  • Computertomografie (CT; sectionele beeldvormingsprocedure (Röntgenstraal beelden uit verschillende richtingen met computergebaseerde evaluatie)) - voor het afbeelden van het geheel nek regio in afwijkingen in schildklierscintigrafie of echografie.
  • Magnetische resonantiebeeldvorming (MRI; computerondersteunde beeldvorming in dwarsdoorsnede (met behulp van magnetische velden, d.w.z. zonder röntgenstralen) - voor het afbeelden van de volledige nek regio in afwijkingen in schildklierscintigrafie of echografie.