Diagnose van het rokersbeen | Het been van de roker - perifere arteriële occlusieve aandoening

Diagnose van het rokersbeen

De roker been wordt voor het eerst gediagnosticeerd op basis van de symptomen. Zo kan de status van de roker al worden bepaald in een anamnese (ondervraging van de getroffen persoon). Daarnaast klachten zoals een verkorte loopafstand en pijn in de benen onder spanning wordt ook gevraagd.

Om het bloed bloedsomloop wordt de pols gemeten aan zowel benen als voeten. Bovendien is het debiet van de bloed kan worden gemeten met een ultrageluid apparaat. De roker been is verdeeld in vier fasen.

Fase I verwijst naar een voorwaarde waarin de schepen zijn al beschadigd, maar er zijn nog geen symptomen. In fase II, vanwege de circulatiestoornissenis de loopafstand sterk teruggebracht tot enkele 100 meter. Als pijn komt ook voor in rust, men bevindt zich in stadium III. In stadium IV, weefselsterfte (necrose) treedt op en bacteriële infecties van de been zijn ook mogelijk.

Rokerslong

De roker long ontwikkelt zich jarenlang roken. Tabaksrook bevat veel stoffen die het lichaam niet kan afbreken. Deze nestelen zich in de longen en beschadigen het weefsel.

Dit leidt tot een chronisch ontstekingsproces in de longen. Een roker long kenmerkt zich door het feit dat getroffenen vaak moeten hoesten omdat het lichaam probeert de schadelijke stoffen kwijt te raken. Een verhoogde gevoeligheid voor luchtweginfecties is ook typerend. Later is er kortademigheid, die zelfs bij lage blootstelling kan optreden.