Controle van urinevorming | Functies van de nier

Controle van urinevorming

De controle van de urinevorming wordt voornamelijk gedaan door twee verschillende hormonen: adiuretin en aldosteron. Adiuretin, ook wel antidiuretisch hormoon genoemd, wordt geproduceerd in het hypothalamus en komt de bloedbaan binnen via de achterste lob van de hypofyse. Adiuretin bindt zich aan V2-receptoren in de distale tubulus en in de verzamelbuis en verhoogt de opname van aquaporine 2 (AQP2) in het membraan.

Dit zijn waterkanalen, waardoor er meer water uit de urine kan worden gehaald en in de bloedbaan terecht komt. Dit resulteert in een toename van bloed volume en concentratie van de urine. Via V1-receptoren op gladde vaatspiercellen veroorzaakt adiuretin hun spanning.

Door de samentrekking van de vasculaire spiercellen en de toename bloed volume, adiuretin heeft een bloeddruk-verhogend effect. Aldosteron behoort tot het renine-angiotensine-aldosteronsysteem (RAAS) en wordt geproduceerd in de bijnierschors. Aldosteron werkt door een receptor in de cellen van de distale tubulus te stimuleren.

Aldosteron veroorzaakt een toename van de expressie van verschillende eiwitten: luminaal natrium en kalium kanalen (in de richting van het “urinevat”) en natrium/ kaliumpompen gericht op de bloed vaartuig. Deze eiwitten leiden tot toegenomen natrium wordt teruggetrokken uit de urine. Hierdoor ontstaat een helling die leidt tot passieve terugwinning van water.

Kalium, aan de andere kant, wordt in grotere hoeveelheden uitgescheiden. De basale afscheiding van aldosteron fluctueert in de loop van de dag. Het kan bovendien worden gereguleerd door verschillende factoren.

In gevallen van laag bloedvolume (hypovolemie), natriumtekort (hyponatriëmie), overmaat kalium (hyperkaliëmie) of wanneer de renale bloedstroom afneemt, wordt aldosteron meer in de bloedbaan uitgescheiden. Aldosteron en adiuretine zorgen daarom voor minder water in de urine; bijgevolg neemt het urinevolume af terwijl de concentratie toeneemt. Aan de andere kant is het bloedvolume en dus secundair de bloeddruk stijgt. Daarnaast beïnvloeden aldosteron en adiuretine het drinkgedrag door een dorstgevoel te bevorderen, wat weer leidt tot een verhoogde vochtopname.

Taak in elektrolyt- en mineralenbalans

De nier dient om de evenwicht van minerale zouten en elektrolyten. Elektrolyten spelen een centrale rol in veel celprocessen, dus hun concentraties moeten strikt worden gereguleerd. De nier heeft verschillende mechanismen om een ​​optimaal te garanderen evenwicht.

De nier heeft de neiging het elektrolyten in de primaire urine. Via verschillende transportsystemen en kanalen worden de elektrolyten uit het filtraat opgenomen en teruggevoerd naar het bloedsysteem. Op deze manier beschermt de nier het organisme tegen onnodig verlies van elektrolyten.

Als de concentratie van een elektrolyt bijvoorbeeld te hoog is, kan de nier de uitscheiding van deze elektrolyt verhogen door de opname van dit ion selectief te verlagen. Als de nierfunctie verstoord is, kan de elektrolytconcentratie in het bloedplasma buiten de normale waarde vallen, dwz stijgen of dalen. Sommige medicijnen, zoals diuretica, kunnen de transportsystemen van de nieren blokkeren en dus ook leiden tot elektrolytstoornissen.