Taken van het netvlies | Retina van het oog

Taken van het netvlies

De netvlies van het oog, ook bekend als het netvlies, is verantwoordelijk voor het overbrengen van prikkels naar de hersenen. Het is daarom verantwoordelijk om ervoor te zorgen dat wat we zien, wordt gezien als een afbeelding. Het licht moet eerst door het hoornvlies, de lens en het glaslichaam van het oog gaan voordat het het netvlies in het oog bereikt.

Het netvlies bestaat uit miljoenen sensorische cellen. De gereflecteerde lichtinformatie van het geziene object wordt opgepikt door de cellen van het netvlies, gesorteerd, gebundeld en uiteindelijk verzonden via de optische zenuw als een impuls voor de hersenen. Deze taken worden uitgevoerd door de verschillende celtypen die in het netvlies met elkaar zijn verbonden.

Bovendien voert het netvlies taken uit in het vitamine A-metabolisme en vormt het een soort grens tussen het en het bloed schepen direct ernaast gelegen in de choroïde. Deze bloed schepen leveren het netvlies. De barrière zorgt ervoor dat er geen schadelijke stoffen uit de bloed kan het netvlies binnendringen. Het netvlies bevat ook het gebied met het scherpste zicht, de zogenaamde macula of fovea centralis. Hier staan ​​alleen kegels.

Fysiologie van het netvlies

Wanneer een lichtprikkel het oog raakt, moet deze eerst door verschillende structuren van het oog naar de fotoreceptoren gaan. Eerst raakt de lichtimpuls het hoornvlies in de voorste oogkamer, gaat door de leerling, achterste kamer, lens en glasachtig lichaam. Om de fotoreceptoren te bereiken, moet de lichtpuls door de twee binnenste lagen van het netvlies gaan.

Zodra de lichtprikkel de sensorische cellen heeft bereikt, wordt deze lichtprikkel omgezet in elektrochemische prikkels en doorgegeven aan de twee binnenste lagen van het netvlies. De cellen van de binnenste laag vormen de optische zenuw, die de prikkels naar de hersenen, waar ze worden verwerkt en waargenomen. Er zijn drie soorten kegeltjes voor het zien van kleur en helderheid, bestaande uit rode, groene en blauwe kegeltjes. De staafjes die verantwoordelijk zijn voor schemering zijn bij helderheid vrijwel uitgeschakeld en kunnen geen kleuren waarnemen.

In het donker zijn alleen staafjes actief, dus kleuren zien is ook moeilijk in schemering en duisternis. De fotoreceptoren en bipolaire cellen hebben een bepaalde rustactiviteit (potentieel). Wanneer ze worden gestimuleerd, geven ze deze informatie door door het potentieel te vergroten of te verkleinen.

De ganglion cellen geven op hun beurt hun informatie door via elektrische signalen (actiepotentialen), dwz ze zijn frequentie-gecodeerd. Helderheid en kleur hebben dus verschillende frequenties, waarvan de frequentiecode in de hersenen wordt gedecodeerd en in een afbeelding wordt vertaald. De fotoreceptoren en bipolaire cellen hebben een bepaalde rustactiviteit (potentieel).

Wanneer ze worden gestimuleerd, geven ze deze informatie door door het potentieel te vergroten of te verkleinen. De ganglion cellen geven op hun beurt hun informatie door via elektrische signalen (actiepotentialen), dwz ze zijn frequentie-gecodeerd. Helderheid en kleur hebben dus verschillende frequenties, waarvan de frequentiecode in de hersenen wordt gedecodeerd en in een afbeelding wordt vertaald.