Het pijndagboek

Introductie

A pijn dagboek wordt gebruikt voor regelmatige documentatie van pijn en gerelateerde informatie. Het is bijvoorbeeld de bedoeling om op welk tijdstip op te nemen pijn optreedt en hoe ernstig het is. Het nemen van pijn-verlichtende medicatie evenals algemeen welzijn, slaap en stoelgang worden ook geregistreerd. Het pijndagboek moet bij elke doktersafspraak worden overlegd, zodat de arts en de patiënt het verloop en het succes van de respectieve pijntherapie.

Inhoud van een pijndagboek

In een pijndagboek wordt alles gedocumenteerd dat te maken heeft met de pijn of de pijntherapie. Er zijn talloze sjablonen waarin de individuele informatie kan worden ingevoerd. Elke dag, voor ochtend, middag, avond en nacht, moet worden geregistreerd of er pijn is opgetreden.

Als dit het geval is, moet worden beoordeeld hoe sterk het was en in hoeverre de activiteit van de dag werd beïnvloed. De intensiteit van de pijn wordt meestal beoordeeld op een pijnschaal van 0 tot 10. Pijn is pijnvrij als er 0 is, en pijnintensiteit 10 staat voor de sterkst denkbare pijn.

Ook het algemene welzijn, stoelgang en slaap moet worden genoteerd in het pijndagboek. Onder het item “Overig” kan alles worden vastgelegd wat mogelijk ook relevant is, bijvoorbeeld het voorkomen van menstruatie of verhoogde stress. Een ander belangrijk punt is de documentatie van de inname van pijnstillende medicatie.

Belangrijk hierbij zijn de tijd en de hoeveelheid ingenomen medicatie. Een pijndagboek mag geen controle-instrument zijn dat observeert of de medicatie betrouwbaar wordt ingenomen. Het is een kans en geen noodzaak voor de pijnpatiënt, omdat het de arts en patiënt in staat stelt de pijn zo nauwkeurig mogelijk te observeren en in te schatten. Als een pijntherapie wordt beëindigd, kan het bijhouden van een pijndagboek alsnog nuttig zijn om het beloop van de pijn te observeren en eventueel vroegtijdig in te kunnen grijpen.