Het meten van intraoculaire druk | De intraoculaire druk

Het meten van intraoculaire druk

De intraoculaire druk moet regelmatig worden gecontroleerd, omdat een te hoge intraoculaire druk de optische zenuw en dus het beschadigen. In het ergste geval kan dit leiden tot blindheid. De meting van de intraoculaire druk heet tonometrie.

Hiervoor zijn nu verschillende procedures. - Een erg verouderde en niet erg nauwkeurige methode is de afdruktonometrie. Hier moet de patiënt zijn hoofd terug en de tonometer wordt direct op het hoornvlies geplaatst om te meten de intraoculaire druk.

Afhankelijk van hoe zwaar de gewichten moeten zijn, die leiden tot een vlakker hoornvlies, kan men zo de intraoculaire druk bepalen. - Ook ietwat achterhaald, maar met 2 mmHg nog vrij nauwkeurig, is de palpatie van het gesloten oog met de vingers. Deze palpatie kan gemakkelijk door de patiënt zelf thuis worden gedaan, nadat hij is getoond en uitgelegd waar hij op moet letten.

Er is ook een zelftonometer, die werkt volgens hetzelfde principe als een applanatie-tonometer. De patiënt kan zo vanuit huis een relatief exacte meting van de intraoculaire druk uitvoeren zonder een oogarts (het noodzakelijke contact met het hoornvlies is te vergelijken met het inbrengen van een contactlens). - Applanatietonometrie is volgens Goldmann veel nauwkeuriger.

Eerst wordt het oog verdoofd met een plaatselijke verdoving en vervolgens wordt een met fluorescentie gelabelde oplossing in het bindweefsel zak van de huid. Nu wordt een meetlichaam aangebracht dat aan een veer is bevestigd evenwicht. Het hoornvlies zorgt nu voor een bepaalde druk op dit meetlichaam.

De druk die nodig is om het meetlichaam te buigen is de intraoculaire druk die op de veer kan worden afgelezen evenwicht. Deze standaardprocedure brengt vrijwel geen risico met zich mee voor de patiënt. Slechts in zeer zeldzame gevallen kunnen kleine hoornvliesletsels of ooginfecties optreden.

  • In bijzondere gevallen, bijvoorbeeld wanneer de ogen al voorbeschadigd zijn of direct contact met het hoornvlies om andere redenen niet aan te raden is, kan de intraoculaire druk ook worden bepaald met een contactloze tonometer. Dit werkt met een luchtstoot die het hoornvlies iets vlakker maakt, zodat de arts vervolgens de intraoculaire druk kan berekenen op basis van de duur en sterkte van de benodigde luchtstroom. Deze methode is echter niet de meest betrouwbare en wordt zelden gebruikt.
  • Een andere manier om de intraoculaire druk te meten, is Dynamic Contour Tonometry. Hier is het hoornvlies niet afgeplat, in vergelijking met alle andere methoden. Tussen het meten ontstaat een zekere druk hoofd en het hoornvlies. Deze druk is de intraoculaire druk. Omdat de meetmethode zeer nauwkeurig is en vaak kan worden herhaald, is dit de methode bij uitstek.