Pathogenese (ontwikkeling van ziekte)
Hepatitis D-virus (HDV, voorheen ook wel deltavirus of δ-agent genoemd) heeft de envelop nodig van hepatitis B virus om cellen te infecteren. Hepatitis D-infectie kan niet plaatsvinden zonder hepatitis B infectie. Er kunnen acht HDV-genotypen worden onderscheiden.
De overdracht is seksueel, perinataal (tijdens de geboorte) of parenteraal (via infusies/ transfusies). Het virus bereikt het lever via de bloedbaan en infecteert hepatocyten (levercellen). Ernstige weefselschade treedt op als gevolg van de daaruit voortvloeiende immuunsysteem reactie.
Etiologie (oorzaken)
Biografische oorzaken
- Sociaaleconomische factoren - lage sociaaleconomische status.
- Geografische factoren - landen met een hoge prevalentie (Verre Oosten, tropische landen).
Gedragsoorzaken
- Drugsgebruik (intraveneus, dwz via de ader).
- Seksuele overdracht
- Promiscuïteit (seksueel contact met relatief vaak wisselende partners of met meerdere parallelle partners).
- Prostitutie
- Mannen die seks hebben met mannen (MSM).
- Seksuele contacten in het vakantieland
- Onbeschermde coïtus
Geneesmiddel
- Bloedproducten
Andere oorzaken
- Verticale infectie - overdracht van ziekteverwekkers van een gastheer (hier: de moeder) naar zijn nakomelingen (hier: het kind):
- Overdracht van infectie tijdens de geboorte van moeder op kind (perinataal).
- Iatrogene transmissie