Fysiotherapie na een knieoperatie

De kniegewricht een van de gewrichten die het vaakst wordt geopereerd. Onze kniegewricht wordt vaak zwaar belast door ongelukken, blessures tijdens het sporten, maar ook door een verkeerd looppatroon of axiale uitlijning van de benen. Het heeft de neiging om te slijten en is vatbaar voor verwondingen.

Na een operatie ligt de focus op het herstellen van de functie van het gewricht. Enerzijds omvat dit het herstellen van de volledige mobiliteit van de kniegewrichtAnderzijds is het belangrijk om de omringende spieren te versterken en veerkrachtig te maken. Frequente operaties zijn artroscopie, bijv. na een meniscus letsel, open meniscusoperatie, kruisband chirurgie, een gewrichtstoilet bij de artrotisch gemodificeerde knie om de gewrichtsoppervlakken te herstellen, of natuurlijk het gebruik van endoprothesen. Na al deze operaties wordt min of meer onmiddellijk begonnen met vroege functionele therapie (afhankelijk van de operatietechniek en de instructies van de arts) om de fysiologische functionaliteit van het gewricht te herstellen. Dit artikel van Knie-TEP kan in dit verband voor u van belang zijn.

Inhoud fysiotherapie / herstel

De revalidatie van de kniegewrichtsfunctie na een kniegewrichtoperatie omvat verschillende doelstellingen, die in verschillende mate gericht zijn op de afzonderlijke stadia van wond genezen. Doelstellingen zijn: In de eerste dagen (circa 5) na de operatie bevindt de knie zich nog in de zogenaamde ontstekingsfase.

Gedurende deze periode is de therapie beperkt tot pijn-verlichtend en wond genezen-promotietechnieken. Lichte, meestal tamelijk passieve, dwz bewegingen uitgevoerd door de therapeut in de pijn-vrije ruimte kan naast de therapie ook deel uitmaken van de therapie weefselvocht drainage, zacht massage grepen of koude / warmtetoepassingen. In de acute fase is de knie nog niet in staat om het gewicht te dragen, vertoont de knie alle tekenen van een overheersende ontsteking, is rood, warm, gezwollen en de functie is meestal pijnlijk en beperkt.

In deze fase moet de knie worden ontlast en moet de ontsteking afnemen. In de volgende dagen (tot ongeveer dag 21) bevindt het kniegewricht zich in de proliferatiefase. Nu begint de genezing, wordt nieuw zacht weefsel gevormd en sluiten de wonden langzaam.

De knie kan het gewicht nog steeds niet goed dragen. Hoewel het nu belangrijk is om functionele prikkels te geven, moet overbelasting van het gewricht in ieder geval worden vermeden. Functionele prikkels zijn in iets grotere mate zachte bewegingen dan in de acute fase, die pijnloos zou moeten zijn!

Veel herhalingen kunnen zonder zware inspanning worden uitgevoerd. Dit verbetert bloed circulatie en bevordert wond genezen. Tegelijkertijd wordt het nieuw gevormde weefsel gestimuleerd in de manier waarop het later verplaatst moet worden, de nieuw gevormde vezels kunnen zichzelf correct uitlijnen.

Ook in deze fase kunnen weke delen technieken worden toegepast, warmte- en koudebehandelingen maken nog deel uit van de therapie. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat de verminderde beweeglijkheid van het gewricht er niet voor zorgt dat de omliggende structuren aan elkaar kleven. Lichte wrijving (selectief massage technieken) op de inserties en pezen kan dit voorkomen.

In de volgende fase, de consolidatiefase (tot de 60ste dag), begint het weefsel steeds veerkrachtiger te worden. Nu kan het kniegewricht worden blootgesteld aan sterkere prikkels tot aan de pijn drempel. Aan het begin van de consolidatiefase is uiteraard meer voorzichtigheid geboden dan aan het einde.

De veerkracht wordt voorzichtig vergroot. Het bewegingsbereik wordt nu vergroot totdat het kniegewricht zijn volledige mobiliteit herwint, indien mogelijk. Spieren kunnen worden uitgerekt en ook begint het gericht versterken.

Hier is het belangrijk om de belastingspecificaties van de arts in acht te nemen. Het kan zijn dat de knie nog niet met het volledige lichaamsgewicht belast mag worden, of het gebruik van weerstanden is nog steeds verboden. Er moeten aangepaste oefeningen worden gekozen om de spieren gericht te versterken.

Ter versterking worden minder herhalingen uitgevoerd dan ter verbetering van de mobiliteit. 10-15 herhalingen van een oefening moeten worden uitgevoerd in 3-5 sets met een pauze van ca. 60 seconden.

Weerstand en moeilijkheidsgraad van de oefeningen worden langzaam verhoogd. Naarmate de consolidatiefase vordert, neemt ook het aandeel coördinatieve oefeningen toe. Het samenspel van uithoudingsvermogen en zowel kracht als de perceptie van de gewrichtspositie en houding wordt getraind zodat de patiënt zijn knie veilig kan gebruiken in het dagelijks leven.

Het moet stabiel en reactief zijn. Er is een verscheidenheid aan oefeningen, die in de loop van de tijd ook langzaam in moeilijkheidsgraad kunnen toenemen. In de consolidatiefase is actieve training erg belangrijk in de fysiotherapie na een knieoperatie. Passieve technieken die de therapeut uitvoert, worden nu zelden gebruikt, bijvoorbeeld bij hardnekkige verklevingen.

  • Verlicht pijn
  • Wondgenezing bevorderen
  • Herstel mobiliteit
  • Versterk / rek de omliggende spieren
  • Verbeter de coördinatie
  • Herstel van alledaagse stress

Zodra de consolidatiefase is voltooid, begint de organisatiefase (van de 60ste tot de 360ste dag). Tijdens deze fase is het vooral belangrijk om het weefsel bloot te stellen aan de prikkels waaraan het later zal worden blootgesteld. Krachttraining stijgt in intensiteit tot maximale krachttraining.

Mobiliteit is verder verbeterd, lang stretching houdingen en passieve strektechnieken kunnen ook worden gebruikt. Coördinatie training is erg belangrijk, sprongen, snelle richtingsveranderingen of start-stop-spanning kunnen worden geoefend. Spierpijn mogen voorkomen. De knie moet op de dagelijkse belasting worden gebracht.