Bijwerking | Fluoroquinolonen

Bijwerking

Net als alle antibiotica, fluorochinolonen bijwerkingen veroorzaken, voornamelijk vanwege het gewenste effect (doden bacteriën). Behandeling met fluorochinolonen doodt niet alleen de ziekteverwekkende bacteriën, maar ook de bacteriën in de spijsverteringskanaal en op de huid die van nature in het lichaam voorkomen, kunnen worden geremd en gedood fluorochinolonen. Hierdoor zijn er voornamelijk bijwerkingen in de spijsverteringskanaal zoals misselijkheid, braken, diarree en pijn in de buik.

Op de huid, het doden van de bacteriën veroorzaakt problemen, vooral voor mensen met een verzwakte immuunsysteem. In plaats van de beschermende bacteriën, nestelen andere ziekteverwekkers zoals schimmels zich op de huid. Als het immuunsysteem kan ze niet voldoende bestrijden, er treedt een schimmelinfectie op.

Andere bijwerkingen van fluoroquinolonen zijn bijvoorbeeld verstoringen van zenuwfuncties. Dit wordt merkbaar in de vorm van geheugen stoornissen of stoornissen van de zintuigen (zicht, gehoor, geur, smaak, tik op). In verband met de therapie met fluorochinolonen, gewrichten en spieren pijn komt ook vaker voor, en peesblessures komen ook vaker voor. ook andere soorten weefsel, zoals vaatwanden, kunnen worden aangetast, zodat bijvoorbeeld norfloxacine het risico op ernstige bloedingen in aorta-aneurysma (zakken van de aorta).

De hart- ritme kan ook worden beïnvloed door fluorochinolonen zoals ciprofloxacine. Als bijwerking kan de zogenaamde QT-tijd worden verlengd. Als het lever is al beschadigd, de fluorochinolonen kunnen ook ernstig zijn Leverfalen. Acuut lever leverfalen is zelden gemeld bij gezonde personen.

Wisselwerking

Fluoroquinolonen kunnen een wisselwerking hebben met een verscheidenheid aan geneesmiddelen. Speciale aandacht moet worden besteed aan geneesmiddelen die vergelijkbare bijwerkingen hebben als fluorochinolonen. Ze kunnen bijvoorbeeld een wisselwerking hebben met medicijnen die voor worden gebruikt hartritmestoornissen.

Metabole routes spelen ook een belangrijke rol bij interacties. Ciclosporine en fluorochinolonen worden bijvoorbeeld beide gedeeltelijk via de nieren uitgescheiden. Gelijktijdige therapie met beide geneesmiddelen kan de nieren beschadigen.

In het lever, aan de andere kant, een interactie met bloed verdunners zoals Marcumar® kunnen voorkomen. Omdat er verschillende klassen fluorochinolonen zijn, kunnen de interacties niet volledig worden verklaard. Voor elke persoon die meerdere medicijnen gebruikt, moet de specialistische informatie worden gecontroleerd op mogelijke interacties met fluorochinolonen.