Therapie van een snelle vinger

Om de verschillende therapeutische opties voor a vinger dat snel beweegt, is het noodzakelijk om eerst de oorzaak van het snel bewegen van de vinger te begrijpen. Een versnelling vinger (ook bekend als digitus saltans) wordt veroorzaakt door een verdikking van de buigpees van een vinger. Hiervoor zijn verschillende redenen.

De buigpees wordt geleid door een band (zogenaamde ringband) dichtbij het bot. Als deze pees nu verdikt is, kan deze niet meer gelijkmatig langs de ringband glijden wanneer de vinger is gebogen, maar blijft aanvankelijk achter en glijdt later abrupt door, wat leidt tot de snelle vinger. Men spreekt ook van tendovaginitis stenosans, dwz een stenoserende of vernauwende tendosynovitis.

Therapie in het algemeen

Het doel van de therapie van een snelle vinger is om het soepel glijden van de buigpees langs de ringband te herstellen. Om dit te bereiken moet de verdikking van de buigpees worden verwijderd.

Therapie - conservatieve opties

Voordat patiënten een operatie ondergaan met a snelle vingermoeten ze proberen de zwelling van de verdikte buigpees met conventionele maatregelen te verminderen. Dit kan worden geprobeerd door de aangedane vinger enkele weken in een spalk te immobiliseren (meestal 4-6 weken). Hierdoor zal de pees opzwellen.

Er is echter altijd het risico van verstijving van de verbinding als deze lange tijd niet wordt gebruikt. Bovendien kan worden geprobeerd te injecteren cortisone in het - meestal inflammatoire - verdikte gebied (cortisone-injectie). De cortisone remt ontstekingen, maar veroorzaakt ook directe zwelling van de aangedane buigpees.

Als alternatief kan een lokaal anestheticum worden geïnjecteerd, dat ook een decongestivum heeft en ook de patiënten verlicht van de pijn vaak geassocieerd met een snelle vinger. Sommige artsen combineren ook de twee medicijnen. Bij deze therapiemogelijkheid is het belangrijk om huidoverdracht absoluut te vermijden kiemen in de pees schede.

Dit wordt mogelijk gemaakt doordat de arts zo steriel mogelijk werkt. Daarnaast spreken andere ziekten en een huidinfectie in het gebied van de aangedane vinger zich tegen cortisone therapie moet op voorhand worden uitgesloten. Het effect van de cortison treedt ongeveer twee dagen na toediening op, maar het kan enkele dagen duren voordat het volledige effect merkbaar is. Na ongeveer zes weken kan cortison weer in het getroffen gebied worden geïnjecteerd. Vaak leidt de cortisone-injectie slechts tot een tijdelijke verbetering.