Taalverwerving | Ontwikkeling in de vroege kinderjaren

Taalverwerving

1e levensmaand: hier kan de baby alleen zuchtende geluiden maken. 2e levensmaand: In deze maand begint de baby spontaan klinkers uit te spreken zoals “uhhh” of “ahhhh”. 6e levensmaand: vanaf nu gebruikt de baby deze klinkers om te reageren op prikkels of spraak.

9e - 13e levensmaand: pas nu probeert de baby volwassen spraakgeluiden na te bootsen. De communicatie tussen kind en ouders wordt steeds verder getraind. 15e levensmaand: Ongeveer vanaf dit punt spreekt de baby het eerste, langverwachte woord uit.

Meestal zijn dit woorden als "mama", "papa" of "puppyhond". Het reageert ook op zeer eenvoudige verzoeken zoals "kom", "geef" of "neem". Het begrijpt ook de betekenis van "ja" en "nee".

Sommige objecten en hun namen kunnen ook worden toegewezen, zoals "fles" of "auto". Vanaf dat moment begint de baby steeds meer te praten. 2e jaar: De woordenschat is hier minimaal 20 woorden en er kunnen ook combinaties van 2 woorden worden gevormd.

3e - 5e levensjaar: vanaf nu kan het kind zijn eigen voor- en achternaam reproduceren. In deze periode wordt ook het gebruik van enkelvoud en meervoud geleerd. Op 4-jarige leeftijd kan het kind al over ervaringen praten en heeft het zijn woordenschat enorm uitgebreid. Op 5-jarige leeftijd spreekt het kind bijna foutloos.

Socialisatie

De interactie tussen moeder en kind of de omgeving en het kind ontwikkelt zich geleidelijk, net als de andere vroege niveaus Kinder ontwikkeling. In de eerste maand bestaat het contact van de baby met de omgeving uit glimlachen. Dit leidt in de eerste vier tot zes weken van het leven tot een sociale glimlach.

De baby reageert hierop door vriendelijk aangekeken of aangesproken te worden. Als reactie lacht de baby terug. De vreugde wordt dan meestal uitgedrukt samen met het trappen van de benen.

In de derde levensmaand lacht de baby niet alleen als reactie op anderen, maar ook spontaan. Hij raakt steeds meer geïnteresseerd in alles wat er om hem heen gebeurt. Dit blijkt uit nieuwsgierig rondkijken en aandacht voor geluiden.

Communicatie met de omgeving wordt steeds meer bereikt door middel van geluiden. Uiterlijk de vierde maand wordt duidelijk dat de baby nu zijn vreugde of afkeer uit door zijn gezichtsuitdrukkingen te veranderen. Op deze leeftijd herkent de baby zijn verzorgers al en strekt hij zijn armen naar hen uit.

Deze band met de ouders wordt sterker en sterker in de 5e levensmaand. Als hij zich alleen voelt, begint hij te huilen en zoekt hij nabijheid tot zijn verzorgers. Aan de andere kant wordt ook de onwil jegens vreemden steeds concreter.

Met een half jaar is het voor baby's mogelijk om de gevoelens van andere mensen te interpreteren en zich in te leven. De emotionele ontwikkeling van het kind draait op volle toeren. In de zevende levensmaand begrijpt de baby het verband tussen een uitgevoerde actie en het daaropvolgende resultaat.

Als er bijvoorbeeld een rammelaar wordt geschud, wordt er een geluid geproduceerd. Tegen de negende levensmaand beginnen de meeste baby's vreemden voor vreemden te worden. Ze verstoppen zich dan graag in de armen van hun ouders.

De baby kan zijn voorkeuren en antipathieën ook steeds beter uiten. Tegen de 15e levensmaand kan de baby een lepel gebruiken en meer en meer deelnemen aan de dagelijkse voeding. Op tweejarige leeftijd kunnen kinderen zelfstandig hun handen wassen.

Op driejarige leeftijd begint het kind met andere kinderen te spelen. In het 4e levensjaar werd het populaire "Waarom?" volgen.

- vragen waarmee de kinderen hun wereld beter willen begrijpen. Uiterlijk in het 5e levensjaar willen en kunnen de kinderen zich zelfstandig kleden. Veel kinderen willen in deze tijd hun eigen kleren uitkiezen.

Ze mogen niet worden vertraagd. Al deze zaken horen bij het proces van zelfstandigheid. De volgende onderwerpen kunnen ook voor u interessant zijn: Wanneer mag mijn kind brood / broodkorst eten? en KITA of gastouder - Welke zorg is geschikt voor mijn kind?