Neuriet

Neuriet is de term die wordt gebruikt om de celextensie van een zenuwcel waardoor elektrische impulsen worden overgebracht naar zijn omgeving. Als de neuriet ook omgeven is door "gliacellen" die hem isoleren, wordt hij een axon.

Functie en structuur

Een neuriet is het verlengstuk van een zenuwcel, en richt zijn actiepotentieel naar het milieu. Het kan worden gezien als de verbindingskabel tussen twee computers, waarbij de computers de zenuwcellen zijn. Om de overdracht tussen de zenuwcellen te versnellen, "springen" de elektrische impulsen die het uitvoert met bepaalde tussenpozen.

Het is waar dat het voor snellere overdracht vaak al wordt geïsoleerd door een laag vet (het zogenaamde myeline schede, die wordt gevormd door de Schwann-cellen). Maar dit alleen is niet voldoende om de hoge impulsgeleidingssnelheid van maximaal 400 km / u (!) Te halen. Op een afstand van 0.2 - 1.5 mm bevinden zich op de neuriet ook zogenaamde "Ranvier-ringen", die de myeline schede.

Het elektrische signaal "springt" letterlijk tussen deze ringen, waardoor de snelheid sterk toeneemt. Een neuron heeft meestal maar één neuriet als verlengstuk, neuronen met twee neurieten worden bipolaire neuronen genoemd. De neuriet eindigt meestal bij een andere zenuwcel, meer precies bij een synaps.

Daar wordt het elektrische signaal dat het geleidt omgezet in een chemisch signaal en kan het worden versterkt of geremd op weg naar de volgende cel. Een neuriet die is omgeven door een myeline schede wordt ook wel een axon. Deze kunnen tot een halve meter lang zijn, zoals het geval is bij de spinal cord, maar kan ook maar enkele millimeters lang zijn.

Multiple sclerose

Een bekende ziekte die zijn oorsprong vindt in de zenuwstelsel is multiple sclerose. De neuriet wordt normaal gesproken geïsoleerd via een myeline-omhulsel voor betere isolatie en snellere signaaloverdracht. In multiple sclerosewordt deze vetlaag vernietigd door chronische ontstekingsprocessen om nog onbekende redenen.

Vandaar de naam "demyeliniserende ziekte". In de loop van de tijd kunnen zenuwimpulsen steeds slechter en langzamer worden overgedragen, wat leidt tot de typische symptomen van MS. De achteruitgang van de myeline-omhulling is ook radiologisch zichtbaar en maakt deel uit van de diagnose. MS is momenteel niet te genezen, hoewel het tientallen jaren gemakkelijk te behandelen is.