Myelineschede

Myeline is een vettige stof die veel zenuwcellen omgeeft. Omdat het spiraalvormig om de zenuwcellen is gewikkeld, wordt de structuur die wordt gecreëerd een myeline-omhulsel genoemd. Myeline-omhulsels worden beide in het midden aangetroffen zenuwstelsel, Dwz

in de hersenen, en in het perifere zenuwstelsel, dwz in alle andere zenuwen die zich in het menselijk lichaam bevinden. Ze omringen de zenuwcellen, waar een snelle overdracht van signalen nodig is. Dit zijn bijvoorbeeld de zenuwcellen die verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van bewegingen. In de hersenen en spinal cordook is snelle overdracht noodzakelijk, daarom zijn er myeline-omhulsels. Hier wordt het geheel van de merghulzen ook wel de witte stof genoemd.

Functie

De myeline-omhulsels die de zenuwcellen omringen, zijn nodig voor elektrische isolatie. Om te voorkomen dat zich voortdurend nieuwe elektrische impulsen langs de zenuwcel Om de signalen over te brengen, isoleert de myelineschede de zenuwcel. Dit bespaart tijd en maakt een snellere verzending mogelijk.

Structuur

A zenuwcel (neuron) bestaat uit drie delen. Het centrale cellichaam (soma), de dendrieten, die signalen ontvangen en verzenden van andere zenuwcellen aan de ene kant van het cellichaam, en de axon met zijn terminale takken, waar de signalen worden doorgegeven aan de volgende cellen. De axon van de verschillende zenuwcellen is erg lang, afhankelijk van de locatie in het lichaam.

De zenuwcellen die de benen voeden, hebben bijvoorbeeld een lengte van maximaal één meter. Hierbij moet ervoor worden gezorgd dat de signalen langs de axon heel snel zodat bijvoorbeeld een beweging geïnitieerd door de hersenen wordt niet seconden later maar direct uitgevoerd. Om deze reden hebben de axonen een myelineschede die hen omringt.

In het midden zenuwstelsel, dat wil zeggen in de hersenen en spinal cordwordt de myelineschede gevormd door zogenaamde oligodendrocyten. Dit is gewoon de speciale naam van de cellen die een spiraal vormen rond de zenuwcellen. In het perifere zenuwstelsel worden deze cellen Schwann-cellen genoemd.

Maar daar hebben ze dezelfde functie. Omdat axonen erg lang kunnen zijn, is het niet voldoende dat een enkele cel zich om dit axon wikkelt om het te isoleren. Overal langs het axon wikkelen veel van deze cellen zich rond het axon.

Er worden kleine openingen gevormd tussen de locaties waar het axon wordt blootgesteld. Deze ruimtes zijn ongeveer 1 micrometer lang. Ze worden de veterringen van Ranvier genoemd omdat de myelineschede eruitziet alsof deze aan elkaar is geregen.

Alleen op deze punten is een elektrische impuls (een actiepotentiaal) veroorzaakt. Door de isolatie kan dit potentieel 1 tot 1.5 mm door de myeline-omhulling worden doorgegeven totdat een nieuwe impuls wordt geactiveerd bij de volgende rijgring. Dit fenomeen gaat door tot het einde van het axon. Hier wordt de impuls doorgegeven aan de volgende cel.