Geschiedenis van plastische chirurgie | Plastische chirurgie - wat is het?

Geschiedenis van plastische chirurgie

Plastische chirurgie, vooral esthetische chirurgie, heeft vooral de laatste decennia een sterke opleving doorgemaakt en is tegenwoordig niet langer een privilege van superrijken en filmsterren en is daarmee sociaal aanvaardbaar geworden. In tegenstelling tot een algemeen aanvaarde aanname, ligt de oorsprong van plastische chirurgie al in 1000 voor Christus. Documenten document regelmatig uitgevoerd neus- operaties rond 1200 voor Christus in India, waar een flapje weefsel van het voorhoofd werd verwijderd en er een neus uit werd gevormd.

Op de achtergrond is het feit dat volgens de oude Indiase wet criminelen hun neus hadden laten amputeren als teken van branding. In oude Egyptische mummievondsten, cosmetische chirurgie procedures zoals genaaide oren zijn ook ontdekt. De Griekse arts en geleerde Hippocrates (460-377 v.Chr.)

reeds beschreven procedures voor de correctie van misvormde neuzen en in de 1e eeuw na Christus legde de Romeinse geleerde Celsus methoden uit voor de werking van “hazenlip” (gespleten lip en gehemelte). In de donkere middeleeuwen werden dergelijke kunsten en experimenten echter volledig vergeten, dus werd het zelfs afgekeurd en strafbaar door de wet om te veronderstellen de door God gegeven vorm van de mens te veranderen. Pas in de Renaissance (Frans voor wedergeboorte) kwamen wetenschappen als geneeskunde en chirurgische technieken weer tot bloei.

Een van de beroemdste werken, "De curtorum chirurgica" (de restauratie van de neus-) door Gaspare Tagliacozzi (1546-1599) beschrijft een verdere ontwikkeling van Indian neuscorrectie, waar de huid vandaan komt de bovenarm door een pedicled verre flap. Een veelvoorkomend toepassingsgebied op dit moment is het herstel van weefseldefecten zoals die op de neus- of oren veroorzaakt door syphilis, die toen al wijdverspreid was. Plastische chirurgie beleefde een verdere opleving in de 19e eeuw, toen baanbrekende bevindingen in de anatomie en natuurwetenschappen nieuwe procedures mogelijk maakten.

In de Duitstalige wereld werkte de arts Johann Friedrich Dieffenbach (1795-1847), die werkte aan chirurgische technieken voor de neus, pezen en transplantaties, is bijzonder opmerkelijk. Na de Tweede Wereldoorlog, die uiteraard een groot aantal gewonden met zich meebracht, zorgde microchirurgie voor een nieuw tijdperk in de plastische chirurgie. bloed schepen en zenuwen om weefsels aan nieuwe delen van het lichaam te hechten door de bloedtoevoer te verzekeren. Hierdoor was het bijvoorbeeld mogelijk om armen en benen weer vast te maken of om huid vrij over te brengen op niet-sluitbare wonden.